terug naar de vorige pagina

Indonesië

Het derde verslag:

SUMATRA

SUMATRA

Het reisverslag over ons verblijf op Sumatra, vanaf dag 39 t/m dag 59

Ook nu begint het met de vliegreis, maar vanaf Jakarta, en dan rondtrekken op Sumatra. Op de olifant de jungle in, op de voeten de jungle in: Orang Oetan zoeken. Verder weer vele bijzondere gewoontes en huizen hier bekijken. Zelfs fietsen en kookles staan op het programma.
Ik hoop dat jullie veel plezier hebben gehad met het lezen over Sulawesi en nu dan weer over Sumatra.
Hieronder dus deel 3 van ons verblijf in Indonesië.

Dag 39 | 27 april 2015: Jakarta - Medan

Vanuit Palu, via Jakarta naar Medan, Sumatra

Gisteren de 26ste vertrokken vanuit Dongala met de taxi naar het vliegveld van Palu. Het was een avondvlucht, welke een uur vertraging had, helaas. Daarom waren we ook een uur later in Jakarta en was het alweer de 27ste. Dankzij het uur verschil lijkt het niet zo laat, maar lokale tijd nog altijd 00:45. We werden netjes opgewacht, dat is allemaal goed geregeld en blijkt ook iedere keer wer te kloppen gelukkig. Met een 15 minuten waren we in het hotel, FM7. Het werd een korte nachtrust, want om 09:00 moeten we alweer bij het hotel weg om optijd bij het vliegveld te komen. Door de eenrichtingsverkeer is het namelijk best een stukje om rijden en dan nog in de drukte van Jakarta. Maar we waren ruim op tijd.
Bij het inchecken is mijn koffer nog altijd 3 kilo te zwaar. Ook nu weer moeten bijbetalen, en wel 66.000 Rp. Dat is niets als je het vergelijkt met Schiphol bijvoorbeeld. Verder door de veilgheids check en op naar de gate B4, waar we om 10:20 zouden boarden. Dat is als het op tijd gaat vandaag want de tijd is hier van rubber :-) Rustig zittend op ons stoeltje, beide bezig met een spelletje op de telefoon, hoorden we opeens onze naam afroepen. Hadden we toch de oproep voor het boarden gemist! Wij snel naar de gate en hier bleek dat we niet de enige waren. We moesten een bus in en die bracht ons naar het vliegtuig. Niet de trap op direct het vliegtuig in wat ik had verwacht maar de trap op om bij de slurf te komen.
Het is wel makkelijk zo laat het vliegtuig in. Ondanks dat we ver achteraan zaten, iedereen zat al en we konden zo doorlopen, de tassen in het bagagerek en zitten. Het toestel vertrok mooi op tijd. 1 Uur en 45 minuten vliegen is het maar. We probeerden nog wat te slapen wat maar matig lukte. Blijkbaar is een lange douche voldoende na een korte nachtrust om je toch wakker te krijgen.

In Medan stond onze chauffeur ons weer netjes op te wachten. Het is een uur naar het hotel, het vliegveld ligt ca. 70km buiten de stad. Maar we werden eerst nog verwacht op het kantoor van de lokale agent. Die heeft de hele reis hier op Sumatra met ons doorgenomen. En dan toch door naar het hotel. De chauffeur die ons ophaalde van het vliegveld hebben we morgen ook nog. Maar dan na 4 dagen in de jungle krijgen we een ander.
Ingrid vroeg hem of hij hier nog een goed restaurant wist. En ja, dat wist hij wel. Hij kwam ons dan wel ophalen met de auto en zou ons brengen. En dat heeft hij ook gedaan. Om 19:00 stonden we bij het restaurant 'Tip Top' voor de deur en het was tiptop. Heerlijk gegeten, wel wat duurder dan we gewoon waren, maar dat was wel te verwachten. Het is een restaurant sinds 1934 en oorspronkelijk Nederlands. Dat is nog te zien op de menukaart: Moorkop, bitterballen, speculaas etc. Als presentje kregen we een ansichtkaart mee en een menukaart waar op de achterkant de geschiedenis van het restaurant wordt verteld.

Nu weer terug op de kamer hebben we alles aan de lader hangen. Morgen is er nauwelijks stroom en dan willen we toch alles wel kunnen filmen en foto's maken. We nemen ook maar 1 koffer mee en laten de andere hier bij de chauffeur. Deze koffer zien we over 4 dagen wel weer. Het is primitief deze dagen en een koffer over een wiebelende hangbrug dragen is niet makkelijk.

Dag 40 + 41 | 28 + 29 april 2015: Medan- Tangkahan

28 april, Van Medan naar Tangkahan

Vandaag opgehaald door Apin, de zelfde chauffeur als gisteren. We probeerde hem te vertelln dat we 1 koffer mee wilde nemen en de andere achter laten bij zijn kantoor. Maar hij begreep dat in eerste instantie niet en er werd een portier van het hotel bijgehaald. Die sprak beter Engels en dan nog met handen en voeten moeten duidelijk maken wat we bedoelden. Maar het werd begrepen, althans dat hoopten we. En ja hoor, we reden langs zijn kantoor waar we gisteren ook waren en een koffer werd uitgeladen, de verkeerde! Dat hebben we even rechtgezet en dan gingen we. Erst langs het postkantoor, dan langs de supermarkt en dan eindelijk weg uit de stinkstad.
Het postkantoor was niet zo druk gelukkig en we konden zo naar de belie lopen. We hadden van 10 dagen geleden nog 3 postkaarten op de bus te doen! Eerst bij de verkeerde balie natuurlijk, dan bij de juiste, dachten we. Maar nee, we werden door een oudere dame geroepen die ook stond te wachten. Ik eerst dom achteruit kijken of ze het wel tegen ons had maar dat was dus zo. toen was het ook zo gebeurd, 30.000 Rp neergeteld, de kaarten afgegeven en nu maar hopen dat er een postzegel op komt :-)
Bij de supermarkt wat koekjes gekocht zodat we wat te knabbelen hebben en daar gingen we dan eindelijk. Het duurde best lang voordat we de stad uit waren maar het werd ook meteen een stuk rustiger. Niet veel bijzonders meer als we al zolang in Indonesië zijn, veel kraampjes met van alles en nog wat, bromfietsen vol geladen met goederen os mensen etc. het begint een vertrouwd beeld te worden.
Veel te vroeg stopte Apin voor de lunch, want dat is wat hij zei. Het was 11:00 uur en wij dachten nog koffietijd. Maar nee, lunch moest het worden: hierna is er namelijk niets meer dan palmolie- en rubberplantages. Dus toen maar wat besteld: ingrid garnalen en ik inktvis, udang en cummi. Het smaakte toch wel weer lekker. En Apin at zowaar met ons mee. Tot nu toe houden de chauffeurs zich afzijdig, maar hij bestelde ook wat. En dat stond later ook op onze rekening! Maar ja dan hadden we hem niet moeten uitnodigen toch?
Men had ons al gewaarschuwd voor de slechte wegconditie en daar was geen woord van gelogen. Al hobbelend over het vergane asfalt kwamen we verder. En de laatste 25 kilometer helemaal geen asfalt meer, slechts een 'landweg' zoals wij dat zouden noemen. Nog grotere gaten, vele stenen, de auto's leven hier niet lang denk ik zo. Maar we zijn er gekomen. De 'baas' van het complex had zich bij ons gevoegd en heeft uitgelegd wat het programma voor morgen gaat zijn. Naar de olifanten, ze wassen en dan erop rijden. En mogelijk dat we nog wilden gaan tuben op de rivier? Dat kost wel extra maar is leuk, krijgen we een lunch bij, en gaan we ook nog naar de warmwaterbron. Dat leek ons leuk om te doen dus ja, breid het programma voor morgen maar uit!
We moeten hier het diner meteen opgeven, want als we wat speciaal willen, moet dat eerst gehaald worden. We zitten niet voor niets in de jungle. Hierna zijn we beneden bij de rivier gaan zitten. Op de kamer is toch niets te doen. Een basic hutje, met zowaar wel een douche maar je moet veel bewegen om alle waterdruppels op te vangen. Het staat mooi zo'n regendouche, dat wel :-) En er is al meteen stroom, we hadden dat pas om 18:00 uur verwacht, etenstijd en dan tot 22:00. Maar nee het licht deed het en zelfs staat er een ventilator. Wij hebben vroeg gegeten en waren door de warmte best wel aan wat rust toe. Op bed liggend begint de ventilator opeens hard te draaien en ook het licht ging feller branden! Blijkbaar toch wel iets dat ze met stroom doen er was duidelijk meer energie.

29 april, Tangkahan - naar de olifanten.

Vandaag naar de olifanten, we zijn benieuwd en nieuwsgierig wat dat gaat brengen. Maar eerst ontbijten en koffie, niet noodzakelijk in die volgorde :-) Maar dan toch, het is zover. We werden opgehaald en moesten ca. 500 meter lopen naar de plek waar de olifanten zijn. En daar zijn ze dan, groot! Hartstikke vies van de modder, het was wel te zien waarom ze gewassen moeten worden. Ze hebben er 7, 1 mannetje Theo, 27 jaar, en 6 vrouwtjes varierend van 17 tot 49 jaar. Drie zijn er zwanger maar dat valt ons niet op.
We zijn duidelijk niet de enige die oor de olifanten komen. Het werd een drukte van betekenis. Dat hield ook in dat het wassen verdeeld werd, ieder moest een kans krijgen dus maar 1 helft mocht je wassen. Uiteindelijk kwamen de olifanten uit hun omheining, zo dichtbij waren we nog nooit bij een olifant, duidelijk wat anders dan een dierentuin! Ze liepen zoals je dat vroeger in het circus zag naar de rivier, elkaars staart vasthouden met de slurf! Daar werden ze het water in gedirigeerd en nadat ze allemaal een keer waren ondergedompeld in het midden van de rivier werden ze naar de kant gehaald en moesten ze daar gaan liggen. We kregen een borstel in de hand gedrukt en poetsen maar. Nee, niet zo zachtjes, harder, anders wordt zij nooit schoon! En wij flink aan het schrobben. Hierna was het de beurt aan anderen. De olifanten moesten omdraaien om ook de andere kant schoon te krijgen.
Nadat ze allemaal schoon waren begon het andere leuke. Vele kregen een olifantendouche en niet iedereen had hier op gerekend. Dit tot hilariteit van anderen. Ook kregen we een zak met bananen, ananas en suikerriet in ons handen geduwd: voedertijd. Voorzichtig pakken ze het aan met de slurf om het snel in hun bek te douwen om meteen het volgende stuk te bemachtigen. Ze hadden honger blijkbaar. Ook het fruit kon je rechtstreeks in de bek stoppen, langzaam. Volgens Ingrid hebben ze een hele zachte tong en enorme kiezen. Hierna werden de olifanten weer terug gedirigeerd naar de omheining. Ze kregen onderweg nog een hele lading palmbladen op hun rug te vervoeren, hun eten voor later.
Er bleken 2 olifanten niet achter de omheining te zijn. Behalve wij waren er ook nog 2 Deense meiden die ook de olifantenrit gingen maken. Het opstappen was eenvoudig: er si een stenen platvorm en vandaar sta je zo op je zetel, 2 achter elkaar, de driver zit direct achter de kop. En daar ga je dan. Het voelt wat onwennig aan in het begin, dat gehobbel maar dat wende snel. Wel moest je je goed vasthouden als het schuin omlaag of omhoog gaat maar de rest viel wel mee. Door de rivier, over het land en dan weer door de rivier. Wij hadden een hongerige olifant, zij stopte regelmatig om wat te eten. Maar ze eten dan ook 250 kg per dag! Opeens stopte we op een grasveldje: pauze. Rookpauze voor de drivers en eetpauze voor de olifanten. Er werd gevraagd of we achter de kop wilden gaan zitten en Ingrid wilde wel. Voor de foto dacht ze. En met wat hulp en aanwijzingen werd ze achter de kop gedirigeerd. En daar zat ze dan. Foto's werden er inderdaad genomen, maar toen de olifant zich in beweging zette kreeg Ingrid het spaans benauwd. Ik val direct dacht ze en riep dan ook luid met angst in haar stem dat ze dit zo niet wilde. De olifant werd tot staan gehouden en Ingrid werd weer terug in haar zetel gezet.
Of ik dan daar wilde zitten? Ja hoor en met wat klauterwerk zat ik achter de kop. Het voelt inderdaad niet echt stevig, maar je zit met je benen achter de oren en ja kan met je handen op de kop steunen.Ik had die kop alleen wat hoger willen hebben :-) Maar goed, daar gezeten ging mevrouw weer aan de wandel om te eten. En ik ben blijven zitten en niet gevallen. De Deense meiden durfden het beide niet aan en begrepen best wel wat Ingrid meemaakte daar voor op de kop. Na een 10 minuten schat ik zo in gingen we weer verder en ik zat nog steeds als driver. Niet dat ze naar mij luisterde maar zo voelde het wel. Het duurde ook nog maar even en ik moest weer naar achteren, we gaan de rivier in.
Hierna was het snel tot een einde. Iets verder was een ander platvorm waar we er af moesten. Vier anderen namen onze plaatsen in en de olifanten gingen weer terug. Wij nog niet. Verder op de zijarm van de rivier is namelijk een warmwaterbron bleek. Door het koude snelstromende water even naar de andere kant zwemmen en je een plekje daar veroveren want ook hier zijn we niet alleen. Het stonk er naar zwavel en inderdaad, er kwam warm water de rivier ingestroomd. Best lekker na het koude rivierwater. Na hier een tijdje te hebben rondgehangen zijn we weer terug naar de gids gegaan. We moesten weer teruglopen tot de hoofdstroom en daar gingen we in de autoband. De kleren waren in een grote plastic zak gestopt en er was nog een zak mee. En wij de rivier op. Heerlijk rustig dobberend, af en toe een kleine stroomversnelling maar heerlijk relaxed. Zlefs nog kleine aapjes gezien!
We werden op een bepaald moment naar de kant verwezen. We liepen naar een waterval en daar gingen we lunchen. Wij mochten gaan zwemmen en de gids ging de lunch klaarmaken. Hij had onderweg al wat takken met bloemen van de bomen getrokken en was verder druk in de weer terwijl bij de waterval ons vermaakte. Maar de lunch was klaar en we moesten komen. Wat een verrassing. Op bananenbladeren uitgestald lagen 2 halve ananassen, 2 bordjes met nasi en dat alles afgezet met wat takken groen en de bloemen die hij had geplukt. Het oog wil ook wat als je gaat eten maar dit hadden we zo niet verwacht! Twee bananenbladeren werden neergelegd als onze zetel en wij hebben heerlijk gegeten. De omgeving, het eten: super!
We hebben hier zeker nog een uur rondgehangen. Lauwi, de naam van de gids, ging stenen stapelen. Tot wel 6 stenen hoog balanceerde de stenen op elkaar. Later hebben we deze van een afstand proberen te raken, wat mij bijzonder wel lukte. Eerst de bovenste 2 en toen met wat groter geschut raakte ik de anderen wat lager en daar ging het kunstwerkje.
Uiteindelijk hebben we de boel weer bij elkaar geraapt en zijn we nog een stuk de rivier af gedobberd. Lauwi had zijn baas gebeld en hij zou ons opwachten met een brommer zodat we niet geheel terug hoefden te lopen. Maar er stond een jeep klaar! Dat is toch wel wat comfortabeler en al snel waren we weer op ons plekje. Nog een biertje gedronken, afscheid van Lauwi genomen en met de 'baas' afgesproken dat we de volgende dag om negen uur vertrekken. Hierna hebben we onze spullen over het hekje gehangen om te drogen en zijn wij gaan douchen onder die geweldige douche. Maar goed, een douche en niet alleen een mandibak.

Dag 42 | 30 april 2015: Tangkahan - Bukit Lawang

Vandaag vertrekken we uit Tangkahan

Volgens ons beschrijving zou het 4 uur hobbelen zijn in een jeep. Dat werd anders. Hobbelen klopte, maar 4 uur werd 2,5 uur. We hebben zoveel regen onderweg gehad dat een fotostop niet echt een optie was. We hebben wat foto's uit het raam genomen maar met die regen is het uitzicht wel mooi maar het idee om uit te stappen niet bijster aantrekkelijk. De jeep is van 1996 en heeft ook wel betere tijden gekend :-) De deuren sluiten wel, maar als het rubber niet goed meer is komt het water naar binnen lopen. Ik had eerst het raam dicht gedaan maar dat was het dus niet!. Ik heb maar een handdoekje gepakt en heb dat gebruikt om mijn broek enigszins droog te houden. Ingrid zat voorin en had meer geluk, bij haar sloot de deur wel goed af.
Maar goed, de rit verliep verder wel goed. Af en toe passeerde je andere voertuigen en dorpjes. Men zat daar dan onder het afdakje bij elkaar, wachten tot het droog zou worden. En dat werd het ook. Tegen de tijd dat we bij Bukit Lawang waren was het droog, gelukkig. We werden op de parkeerplaats opgewacht door Bendi. Dat is blijkbaar onze gids vanuit het hotel want hij heeft verder alles geregeld. We hebben afscheid genomen van onze chauffeur die geen woord over de grens sprak en wij zijn achter Bendi aan gelopen. Een ander had onze koffer op zijn schouder genomen en wij moeten de rivier de Bahorok over. De enige manier is over de hangbrug, en met mijn koffer voor me zijn wij ook gaan wiebelen. De planken liggen wel vast maar schuiven lichtelijk wat een onstabiel gevoel geeft. Maar al met al viel het wel mee.
Via de receptie zijn we naar het restaurant gedirigeerd en daar kregen we een welkomstdrankje. En Bendi begon zijn verhaal af te steken van wat er allemaal mogelijk is. Om het kort te houden, het is vandaag of morgen het oerwoud in om de apen te zien. Het is nog vroeg genoeg vandaag en we hadden wel zin om iets te ondernemen dus het werd vandaag, na de lunch want zo vroeg was het nog wel. Wij bestellen de lunch vast en gaan naar onze kamer. Wat mooi! een heuse bungalow is het, met een bed op verhoging zodat we onze badkamer in kunnen kijken. De badkamer bestaat uit 2 delen: de ene helft is het gebruikelijk, toilet, wastafel en douche (alleen koud water maar dat wisten we) en de andere helft is een tuintje. Het dak erboven is open zodat er water en licht naar binnen kan. Je hebt zo echt het idee dat je buiten bent. Heel bijzonder gevoel.

Met Bendi de jungle in.

We hadden een trektocht van 3 uur voor de boeg. De tijd is van rubber dus het kan ook wel wat langer worden. We hadden geen haast zei Bendi. Hij had zijn 'vriend' meegenomen, maar volgens mij was het een lokale gids die beter in het opsporen van de apen is dan hijzelf. De rugtas die Bendi had toen hij ons bij het restaurant oppikte hing al over de schouders van zijn 'vriend'. Het werd een lange trap op naar boven voordat we in de jungle kwamen. Af en toe was de trap glad en werd Ingrid prompt bij haar hand genomen. Met een schuin oog naar mij of ik het wel redde, dat dan weer wel. Met een lange broek, de pijpen in de kousen gestopt tegen de bloedzuigers en mieren, was het behoorlijk zweten. Gelukkig scheen de zon niet op zijn felst maar het bleef warm, broeierig warm.
De vriend was vooruit gestuurd en weldra ging de telefoon: gevonden. En ja hoor, na 5 minuten zagen wij de Orang Utan ook, met een baby van 2 jaar. Eens in de zes jaar kunnen ze zwanger worden en dan moet de kleine zich zelf zien te redden. Maar deze was dus nog bij mama. De bananen kwamen uit de tas en de apen naar beneden. Op nog geen meter afstand hing ze aan 2 benen en een arm aan een tak naast ons en met de vrije hand werd de bananen voorzichtig aangepakt, snel in de mond gestopt in afwachting van het volgende stukje. De klein probeerde ook een stukje te bemachtigen maar moeders haar arm is langer. Echt heel bijzonder om zo dichtbij te staan. Vele foto's gemaakt en natuurlijk ook gefilmd. Nadat de bananen en pinda's niet meer werden uitgedeeld verdween mama weer hoog in de boom. Rustig kijkend of misschien toch de tas nog een keer open zou gaan. Uiteindelijk zijn we weer doorgelopen op zoek naar het volgende aapje. Er zitten Gibbons en Thomas apen ook hier in het woud. En ja hoor, de vriend had een Gibbon gespot.
Deze slingerd niet alleen van boom naar boom maar neemt ook geweldige sprongen. Toen de tas open ging was ze ook zo beneden. Maar deze is duidelijk meer agressief. Je had de banaan nog niet in de hand of het werd letterlijk weg gegrist. Mama + baby Orang Utan was ons gevolgd bleek want ze kwam ook hier weer de boom uit zakken. Maar de beide soorten liggen elkaar niet echt, een beetje bekvechten (letterlijk) volgde wie het beste plekje mocht hebben om het lekkers aan te nemen. We hebben hier niet zo lang gestaan. We liepen weer verder om te zien wat er nog meer zit in de buurt. Ondertussen waren alweer 2 uur verstreken, de tijd gaat snel. En ja, er was een andere Orang Utan gespot.
Ook dit was een vrouwtje, zwanger voor ca. 5 maanden, en haar vorige kleine was nog bij haar, ondertussen al 5 jaar oud. Ook zij kawmen naar beneden om al het lekkers aan te nemen. De kleine was duidelijk behendiger dan zijn soortgenoot van eerder want hij was mama vaak te snel af wat hem op een snauw kwam te staan. Er zitten minder dan 7000 Orang Utan's hier in de jungle. Maar hun aantal groeit weer voorzichtig dankzij het beschermingsprogramma wat ze hebben opgezet. Nadat wij aangaven dat we genoeg beelden, zowel digitaal als op ons netvlies hadden, gingen we weer terug. De Gibbon hebben we niet meer gezien, maar de eerste 2 Orang Utan's wel, nu hoog in de boom. Vlak bij de uitgang (klinkt vreemd als je in de jungle oopt, maar hier is een soort poort waar je doorgaat met informatieborden) was het een drukte. Een grotere groep toeristen stond daar opgewonden met elkaar te praten. Men had daar Thomas apen gezien, althans de gidsen. Als groep Orang Tokan gingen we er naar toe. En ja hoor een grote groep zat hier in de bomen, ook mama's met babies. Deze aapsoort is duidelijk kleiner, te herkennen aan hun witte buik, gezicht en handen. En aan hun punkachtig uiterlijk, een heerlijk kuifje. Ook hier kwamen de bananen tevoorschijn. Maar deze eten niet uit je hand, de bananen werden op de bomen gelegd en geplakt. Snel naar beneden, graaien en weer hoog de boom in om daar rustig het te verorberen. Wel leuk om te zien al die verschillen tussen de aapsoorten.
Hierna weer verder, terug naar het Eco Resort. Daar hebben we voor nu afscheid genomen van Bendi en zijn vriend, want Bendi zien we morgenochtend weer bij het ontbijt. Wij snel terug naar onze kamer en douchen! Wat voelde we ons vies. Ook de was werd hier gedaan en buiten over het bamboe rek gehangen. Maar afwachten of dat voldoende droog is om straks weer in de koffer te stoppen. En nu rustig nog eens de foto's bekeken, vele weer weggegooid maar er zitten toch mooie exemplaren tussen!

Dag 43 + 44 | 1 + 2 mei 2015: Bukit Lawang - Brastagi

1 mei, Bukit Lawang

Vanmorgen hadden we afgesproken met Bendi. Hij zou ons in de tuk-tuk rondrijden. Eerst naar de markt en dan nog naar de ECO-farm. Niet teveel vandaag, lekker rustig aan. Na het ontbijt schoof Bendi aan om nog eens te proberen wat meer van ons tochtje te maken: fabriek voor bruine suiker, tofu etc. Maar we hadden hier geen zijn in. Ook nogmaals de jungle in hebben we vriendelijk doch resoluut afgeslagen. Hoe leuk het gisteren ook was!
Dus wij in de tuk-tuk. Duidelijk gemaakt voor de kleine mens. Ik moest flink onderuit wilde ik met elke hobbel mijn kop niet stoten tegen het dak. Alles heel simpel met bamboe en plastic, maar functioneel. Bendi reed echt voorzichtig en zeer langzaam. Zo duurde het tenminste even voor we weer terug zijn want veel stond niet op het programma. De markt is er alleen op vrijdag en we hadden weer geluk. Ook hier is het een kleurrijk geheel, met veel fruit, vis: dood, gedroogd en levend. Dit afgewisseld met veel kleren. Maar ook deze zijn niet voor onze maat. Ingrid wilde nog een dunne donkere broek, maar geen kans hier!
Ook stonk het hier en daar nogal. Er wordt hier namelijk ook natuurlijke rubber verhandeld. De rubberplantages zijn hier in de buurt, gisteren nog gezien, en daar wordt het rubber samen geperst tot een grote kubus. Maar natuurlijk rubber wat nog niet is verwerkt stinkt! Erkomt echt een smerige lucht af. 7000-8000Rp per kilo levert het op, de lucht wordt voor lief genomen. Na de markt weer in de tuk-tuk en verder naar de ECO-farm. Alles wat hier verbouwd wordt is voor de ECO-lodge waar wij verblijven. Ook de bamboe wordt hier verwerkt tot matten, stokken en hele stammen voor de gebouwen in het Eco-lodge. De bamboe wordt geïmporteerd uit Java, hier schoongemaakt, in water met wat chemicaliën om het sterk en duurzaam te krijgen en houden. Verder dus veel groente en fruit.
Na de rondleiding zijn we weer terg gegaan. Bij onze kamer hebben we nog wat buiten gezeten, waar het schooltje vlakbij druk bezig was met allerlei liedjes. Christelijk te horen aan het halleluja. En niet veel later begon de moskee met zijn oproep tot gebed. Dit overstemde de kinderstemmen met gemak, die rot speakers ook :-)
Na wat gegeten te hebben in het dorpje, net over de hangbrug zitten we weer op onze kamer. Het wordt donker buiten, maar niet vanwege het tijdstip. Het dreigt weer te gaan regenen. Nu blijkt het alleen een dreiging te zijn dus we besluiten het avondeten ook te gebruiken waar we hebben gelunched. Dat bleek een gouden greep te zijn. We werden met open armen ontvangen en Ingrid werd direct gevraagd of ze weer ananasjuice wilde hebben. Die middag had ze er een besteld en omdat deze zo lekker was nog een 2de. Maar we gingen aan het bier, satu bintang dua glas.
We werden iets aangeraden: groenten, kip in zoetzuur. Dit hebben we aangevuld met Fujunghai en een witte rijst. Toen het op tafel kwam hadden we een bord te weinig. Maar het werd niet goed begrepen, we kregen er wel een bord bij, maar met witte rijst. Nu waren het in dit geval kleine porties, we hebben het maar zo gelaten. En lekker dat het was! Alles vers van de markt vermoed ik zo en de smaak: super gewoon! Dat hebben we dan wel duidelijk kunnen maken en de glimlach van oor tot oor sprak boekdelen :-)
De avond werd nog lang. Er kwam een dame bij ons aan tafel zitten met en vraag: of ik het bierflesje kon optillen met een rietje? Nu dat probeerde ik wel maar lukte niet. Toen nam zij het rietje, deed iets ermee en toen zag ik wat ze wilde doen. Ik nam het direct van haar over en ja hoor, rustig aan proberen en ja, daar ging het flesje de lucht in. Dit tot grote hilariteit van de bediening want dat werd niet verwacht! Nu was de dame kassi-an (zielig). Dit is een spelletje wat ze onderling wel willen doen met niets vermoedende mensen met als inzet dat de verliezer het bier betaald, en vandaar de hilariteit. Ze had nog meer trucs in petto, nu met speelkaarten. Deze werden op een bepaalde manier geschikt, en dan door ons in 2 willekeurige stapeltjes verdeeld. En daarna nog eens. Ze legde ze na wat schudden zo neer op tafel dat de nummers en kleuren op elkaar volgden. En nog wat trucs. Niet alles lukte in 1x wat dan weer leidde tot de opmerking: kassi-an, de rekening betalen. Zo vloog de tijd om. Om 21:00 gingen we weer terug naar het resort. We moesten ook wel want men was moe en wij waren de laatsten. Wel nog even betalen natuurlijk en dat was een oh-ja moment. Niet voor ons maar juist voor de eigenaresse. Die kwam weer terug en met een glimlach hebben we afscheid genomen.

2 mei, een reisdag naar Brastagi.

In het boekje van ons staat dat het een rijtijd van 4 uur is met een reistijd van zo'n 6 uur. Dit afhankelijk van wat we onderweg willen doen: fotostop, koffietijd, lunch en dan ook weer afhankelijk hoe lang je ergens blijft zitten. Het werd dus rijtijd van 4,5 uur en een reistijd van 7,5 uur. Said, onze chauffeur spreekt helaas geen woord Engels. Dit maakt het communiceren lastig maar niet onmogelijk. Met het boekje van Lonely Planet in de hand en het kleine beetje Engels wat hij wel kent komen we er wel. Gistermiddag hebben we hem al gezien in het restaurant. Hij had ons gevonden aan de beschrijving van ons, dat kan niet anders dacht ik. Maar nee, Apin was er ook en die heeft hem naar ons verwezen. Apin is nu de chauffeur van 2 andere Nederlanders.
Deze ochtend hadden we om 9 uur afgesproken maar we waren snel klaar en stonden al om 8:30 op de parkeerplaats. En ja, Said was er ook al. Ik had zelf mijn koffer over de hangbrug gekregen, ja kan deze namelijk simpel er overheen rijden. De planken van de brug zitten hiervoor dicht genoeg bij elkaar. Op mijn schouder dragen moet ik niet aan denken, te zwaar, een te lang stuk en dat over een wiebelende hangbrug. Nee zo ging het wel lekker. De weg was slecht, maar dat is ons al verteld: in Sumatra zijn de wegen slecht. Maar er is een verschil in slecht en heel slecht en we hebben hele stukken gehad die heel slecht waren.
Om niet door het drukke Medan te hoeven was Said eerder afgeslagen. Dat ging in het begin wel goed, maar toen de weg zo slecht werd zag ik hem met het hoofd schudden. Op een kruizing stopte hij en verontschuldigde zich even, stapte uit en vroeg aan een lokale hoer hij het beste verder kon. Dit herhaalde zich later nog een keer. Ik kreeg een deja-vu: de taxichauffeur in Jakarta die de weg niet kende naar het hotel. Maar het kwam al snel goed, met een brede glimlach kwamen we op de hoofdweg weer terecht. Tijdens de lunch bleek de afsteek toch een gelukkige keuze. De 2 Nederlanders die met Apin al veel vroeger waren vertrokken zaten nog maar net in het restaurant, vaste stopplaatsen blijkbaar, en het bleek dat zij veel file in Medan hebben gehad wat veel vertraging heeft gegeven. Maar goed, rustig aan gegeten. En daar kwam een meisje van de bediening aan. Of wij een desert wilden hebben, gebakken banaan bijvoorbeeld. Nou, dat wilden we wel. Met veel gelach vertelde ze dat bij de balie en ze had er duidelijk plezier in dat het gelukt was iets te slijten :-)
Het was nog ca. een uur rijden naar het hotel. Het hotel ligt op een berg, op 1440 meter hoogte. Het is heerlijk koel, zelfs aan de koude kant als je dat vergelijkt met Butik Lawang. Komt ook wel doordat de zon niet schijnt maar dat het regent! Het hotel schijnt een prachtig uitzicht te hebben op de vulkaan Sinabung maar door de laag hangende bewolking zien we er nu niets van. Het hotel heeft dezelfde naam als de vulkaan: Sinabung Hills Hotel. Morgenochtend schijnt de zon weer hebben ze ons verzekerd dus dan maar hopen op een beter uitzicht.

Dag 45 | 3 mei 2015: Brastagi

Een dag vrij te besteden staat in onze reisbeschrijving. Er staan niet veel voorstellen in, een bloemenmarkt is namelijk het enige. Van een reisgenoot hadden we ook gehoord dat er een replica van een tempel uit India zou moeten zijn. Een andere optie was wat de chauffeur ons gisteren vroeg: een trekking naar de vulkaan.
De zon scheen vanochtend, maar het was nog lekker koel. Het uitzicht was inderdaad veel beter nu de wolken weg waren. Althans weg, omhoog getrokken maar de zon kwam er wel af en toe tussendoor. We zien nu inderdaad 2 toppen van een vulkaan; de Sibanung? Nee dus, die blijkt alleen aan de voorkant vaan het hotel te zien te zijn, en dan ook alleen nog als hij niet in de wolken is. De Sibanung is ook nog actief en komt regelmatig tot een uitbarsting. Er schijnen dan ook geen bomen op te groeien, die verbranden steeds. Dus een trekking?
Bij het ontbijt kwam de chauffeur weer aanschuiven. Hij vroeg zich af wat we wilden gaan doen. Nu had ik geen trek in de bloemenmarkt maar meer in de trekking, maar Ingrid twijfelde nog hevig. Ik heb vandaag de strijd gewonnen, we gaan de trekking doen, alleen de lokale gids moest nog opgetrommeld worden. Nu blijkt die in het hotel te werken dus binnen 5 minuten zat hij ook aan tafel. Nu bleek dat het niet de Sibalung is die we gaan beklimmen mar de Sibayak En we hadden 2 opties: helemaal lopen, 4 uur enkele reis, of deels met een minibus en dan is het nog 2 uur lopen, ook weer enkel reis. Nu blijkt dat het busje nog eens extra betaald moet worden, 100.000 Rp. Dat hebben we anders geregeld, we hebben onze eigen chauffeur immers en dat was dat. Nu nog eens worden over de prijs, want afdingen is nog steeds niet mijn ding. Maar ik heb er nog 100.000 Rp (7 euro) afgekregen. Ik helemaal happy. Maar Ingrid had nog haar bedenkingen, en die werden nog versterkt doordat de gids Andy ging smoezen met Said. Maar goed, deal is deal. Even snel nog naar de kamer, andere schoenen aan en een rugtas met water, fototoestel etc. En daar gingen we dan.
Na ongeveer een half uur rijden, natuurlijk toegang moeten betalen, kwamen we op de parkeerplaats aan. Daarvandaan dus 2 uur lopen. Nu, lopen? De eerste deel van de weg was zeer stijl. Vele brommers kwamen ons tegemoet evenals vele voetgangers. Andy vertelde dat als je de vorige dag om 20:00 uur boven bent je daar kan kamperen en daardoor 's ochtends de zonsopgang kan meemaken. Bovenaan de asfaltweg, wat daar voor doorging tenminste, was een grote happening met brommers, eettentjes en veel mensen die nog van boven kwamen. Nu, wij moesten nog naar boven, dus gaan met die banaan.
Het lijkt makkelijk, er zijn namelijk treden gemaakt, er blijkt een betonnen pad naar boven te gaan. Maar alleen het eerste stukje, letterlijk, was nog redelijk, daarna werd het van Indonesische kwaliteit. Onderhoud kennen ze hier niet of nauwelijks en dat merk je goed. Veel delen zijn gewoon weg, soms ligt er nog wat verscholen tussen de blubber, het was best wel glibberen met andere woorden. En we moeten straks ook weer hier naar beneden, kan nog leuk worden! Maar we zijn er wel gekomen en eenmaal uit de bomen en struiken zone werd het makkelijker. We zagen nog steeds vele tenten staan en de zwavellucht kwam ons al tegemoet. De Sibayak mag dan slapend worden genoemd, maar dat is ook maar een term. In 2001 blijkt hij te zijn uitgebarsten. Nu nog stijgen er tussen de rotsen hier en daar de dampen naar boven meet veel gesis. De rotsen zijn daaromheen geel gekleurd van de zwaveloxide. We hebben er rustig bij staan kijken, maar we moesten nog iets hoger. Op de richel die we zagen kan je namelijk aan de andere kant Brastagi zien liggen. Ingrid twijfelde even maar Andy heeft haar overgehaald: "It is not difficult, you are een strong women". Een beetje slijmen helpt altijd :-)
En inderdaad, niet moeilijk en een prima plek om even rond te kijken, mandarijntjes op te eten en wat te drinken. Het zonnetje scheen lekker en nu op 2000 meter hoogte was het aangenaam verpozen. Natuurlijk weer foto's gemaakt en dit keer hoefden we niet met anderen op de foto. Dus dan maar zelf op de foto gezet, met de krater en wat regenwater daarin op de achtergrond. En toen weer naar beneden. Tja, het eerste stuk ging dus wel goed, en Ingrid, aangemoedigd door mij nam een klein sprongetje naar beneden. En dat ging dus niet geheel goed! Een gil want ze gleed wat weg en verrekte haar voet wat. Het lijkt niet ernstig gelukkig en na even wat rust kon ze gewoon weer verder. Geen helicopter dus nodig.
Het glibberen naar beneden viel achteraf nog wel mee. We hadden het erger verwacht maar voordat we er erg in hadden stonden we weer tussen de brommers en eettentjes. Na 2 pisang goreng te hebben genomen bij een van de tentjes zijn we naar de parkeerplaats gelopen, de steile weg af. De lucht was ondertussen behoorlijk aan het betrekken en het duurde ook niet zo lang of het begon te regenen. Maar we waren al nagenoeg bij de parkeerplaats dus echt nat zijn we niet geworden.

Eenmaal weer bij het hotel zijn we ons gaan wassen en schone kleren aan gedaan. We hadden tegen elkaar gezegd dat we zouden gaan zwemmen, maar ondanks dat het niet meer regende was het behoorlijk fris, vooral door het windje. We zijn maar wat gaan lopen door de tuin, die is behoorlijk groot. Uiteindelijk zijn we wel bij het zwembad geëindigd, maar liggend op de stoel en een kopje koffie ernaast. Nu waren er wel anderen aan het zwemmen, lokale meiden en jongens van hier. Die probeerden een gesprek aan te gaan, maar gingen regelmatig bij elkaar in overleg hoe je het in het Engels moest vragen/zeggen. Het was leuk, waarop wij besloten om ons toch ook maar om te kleden en te gaan zwemmen.
Uiteindelijk resulteerde dat in een potje volleybal en later in voetbal. Dat was ook wel nodig dat laatste want hoewel ik het niet echt warm had in het water, de jongens en meiden stonden te klappertanden. Na deze sportieve uitspatting zijn we terug gegaan naar onze kamer en een lekkere warme douche genomen. Ingrid blijkt nu toch wel last te hebben van haar voet. Ze loopt moeilijk en heeft ook wel wat pijn. We gaan vanavond uit eten in het dorp, Said brengt ons naar een lokale eetgelegenheid. Ingrid heeft eerst maar een Ibuprofen-300 genomen om de pijn wat te verzachten, straks voor het slapen gaan een paracetamol en morgen maar zien hoe de voet zich gedraagd. Het eten was heerlijk, veel beter dan hier in het hotel dus dat was een goede keuze. Nu weer naar bed, morgen worden we om 8 uur, jam delapan, verwacht voor ons volgende dagreis.

Dag 46 | 4 mei 2015: Brastagi - Tobameer, Samosir

Om 8 uur weg was niet zozeer vanwege de lange rit, maar we moeten met de pont over naar het eiland Samosir in het Tobameer. Zaak is dat je daar op tijd bent, want die vaart elke 3 uur.
Het is een mooie dag, de bewolking is hoog en dat merken we: de vulkaan Sibanung is zichtbaar. Twee dagen heeft die zich verscholen achter de wolken maar nu laat hij zich bewonderen. Zwarte rook stijgt ervan op, deze vulkaan is nog echt actief. Het was gisteren ook 1 van de vragen van de meisjes aan het zwembad: zijn julie niet bang voor een uitbarsting? Maar ik ga er maar vanuit dat er een waarschuwingssyteem in werking is zodat mocht het zover komen dat we op tijd weg kunnen. Vandaag gaan we sowieso dus dat gaat goed komen :-)
We zaten net in de auto en hadden nog niet zolang Brastagi achter ons gelaten of we gingen alweer van de weg af. Voortdurend hadden we de Sibaning als richtpunt aan de horizon. We gaan nu naar het Kato-Batak dorp Dokan. Hier staan nog originele huizen van meer dan 300 jaar oud. We hebben er rondgewandeld en werden in een huis uitgenodigd door een oude vrouw. We hebben de uitnodiging geaccepteerd en zijn het laddertje opgeklauterd. Pas op je hoofd, want de ingang is laag, althans voor die lange Europeanen. Het blijkt dat er 8 gezinnen in wonen rondom 4 vuurplaatsen. Ik moest meteen aan het boek "De Stam Van De Holebeer" denken waar men ook een gezamenlijke ruimte hadden waar alles gedaan werd: wonen, koken, slapen, de liefde bedrijven. Alleen hier had je dan nog een ruimte achter een gordijntje om te slapen, etc. Bij het weggaan vroeg de dame nog wel om geld, zo kien was ze nog wel. En wat ik bij het binnenkomen van het dorp had verwacht gebeurde nu bij de auto: of we wat wilden doneren voor het instant houden van de traditie.
Weer terug in de auto was het nog een klein stukje of we hadden de volgende stop alweer te pakken: de Si-Piso-Piso waterval. Ook hiervoor moest toegang betaald worden :-) Maar het viel opzich wel tegen. Dichtbij kon je niet komen, het was echt foto maken met in de verte een waterval. Toch werd het wel weer leuk. Want je kan leuke foto's maken als je maar fantasie hebt, lieten een paar Japanse meiden zien. Wij dit idee maar gecopieerd. Verder had je al wel een mooi uitzicht op het Tobameer maar om nu hiervoor te stoppen op deze plek?
De bezienswaardigheden liggen vandaag dicht bij elkaar want nauwelijks in de auto, terug op de doorgaande weg, of we sloegen alweer een zijstraatje in. We gaan naar het paleis van de Batak-koning Simalungun. Nu woont hij daar allang niet meer en ook geen van zijn familieleden. Toch komen ze daar regelmatig terug, en wel voor een begrafenis. Alle familieleden van de koning worden hier nog steeds begraven. Het paleis is wel iets anders dan je daar bij voorstelt. Door een hoge wal is een grooot dal afgeschermd en door een tunneltje betreed je deze ruimte. De stilte is het eerste wat je opvalt! En het paleis? Wel dat is een lange houten woning op palen. Mooi versierd met houtsnijwerk en schilderingen, dat wel. Binnen is het donker. Het bestaat grofweg uit 2 vertrekken, de ruimte voor de koning zelf en daarachter de (grotere) ruimte voor zijn 8 vrouwen. Hijzelf slaapt in een klein kamertje, met alleen een matje op de vloer. Daaronder in een soort kruipruimte sliep zijn bediende. Mannelijk maar wel gecastreerd. Als de koning op reis is wil hij geen gedonder met zijn vrouwen. En als hij met een vrouw het bed wilde delen? Dan fluisterde hij zijn wens in het oor van de bediende en overhandigde hem een blad. Als het bled niet terug kwam was de koning verzekerd van een gezellig samenzijn die nacht. Maar als het blad wel terug kwam, dan was de dame niet beschikbaar, mogelijk door de maandelijkse periode?

Na het paleis nog een fotostop bij een mooi uitzichtpunt over het meer en dan door naar het restaurant, vlakbij het meer. En bleek ook vlakbij de haven voor de veerboot. Want nadat we gegeten hadden moesten we naar de veerboot lopen. We zaten met nog 2 Nederlanders in het restaurant en die hadden een Nederlands sprekende gids. Said had niets tegen ons gezegd maar aan de gids gevraagd om de boodschap over te brengen. De reden is uiteindelijk simpel: er kunnen maar 8 auto's mee op de boot en als je te laat bent wordt het dus 3 uur wachten.
Na een half uur konden we aan boord en zien dat de auto's achteruit het dek op worden gemanoeuvreerd. Veel passen en meten maar alle auto's die stonden te wachten, inclusief een busje, paste op de boot. Alleen moest nog wel een scooter met zijn lading matrassen mee. Nu dat is simpel. Je laat de klep open en stal de scooter daar. Het is rustig op het meer dus geen gevaar wordt beredeneerd. En het was ook rustig ondanks dat er een enorm onweer woede maar gelukkig niet in onze directe omgeving. Eenmaal weer aan land was het nog een half uurtje rijden. Het blijkt dat Samosir net zo groot is als Singapore, dus niet echt een klein eiland dus. Het resort is fraai gelegen aan het meer met een klein zwembad. Alleen wij hebben kamer 1, een prachtig e kamer met een zeer fraaie badkamer, alleen wij kijken uit op de parkeerplaats. Verplaatsen kon wel bleek, maar dan moesten we een smal glad trapje op. Dan hadden we wel een mooi uitzicht, maar we zijn toch maar blijven zitten. Hoe vaak zit je nu op de kamer tenslotte?

Dag 47 | 5 mei 2015: Tobameer, Samosir

Vanochtend bij het ontbijt kwam Said zeggen dat we om 9 uur met de auto weg gaan. OK zei ik maar ik had nog geen idee wat we zouden moeten gaan doen. Dus terug op de kamer maar gauw in ons boekwerk gekeken. Het blijkt dat er een paar interessante Batak-dorpjes zijn en nog wat andere bezienswaardigheden.
We zijn eerst naar het verste punt gereden van vandaag, het dorpje Simanindo. Hier blijkt een museum te zijn en om 10:30 een voorstelling met traditionele Batak-dansen. Dit blijkt niet goedkoop te zijn, 50.000 Rp per persoon. Maar ja, we zijn op vakantie en willen toch van alles meemaken :-) De dansen op zich stellen niet veel voor, het is veel symboliek. Ook de muziek was niet bepaald opwindend te noemen en vooral de fluit begon behoorlijk op je zenuwen te werken. De klank was als van een slangenbezweerder, niet bepaald aangenaam dus. Maar bij het binnenkomen hadden we een beschrijving mee gekregen in het Nederlands wat voor dansen we te zien krijgen. En het is inderdaad herkenbaar als je de beschrijving ernaast hebt. Maar dans en muziek leek in onze (westerse) oren veel op elkaar. Ook Ingrid heeft samen met meerdere toeristen mee gedanst. Ik had een excuus om niet mee te hoeven doen: filmen :-)
Na de voorstelling zijn we in een slakkegangetje dezelfde weg weer terug gegaan. In Ambarits zijn we weer gestopt. Ook hier is een traditioneel dorp wat we moesten zien. Met de lokale gids erbij werd het beeld een beetje levendig. Waar het hier bekend om staat is de stenen stoelen en tafels die er nog altijd staan. Hier zat de koning en zijn getrouwen als er rechtspraak moest plaats vinden. Bij lichte vergrijpen werd je voor een bepaalde tijd opgesloten, maar bij aanranding of andere zwaardere misdrijven dreigde de doodstraf: kop eraf.
Bij de stenen tafels staat trouwens ook een oude boom, daar geplant bij de stichting van dit dorp. Gewoonte was om een boom te panten en als deze aansloeg, dan werd dat als een teken van boven gezien dat de plek goed was gekeurd. Maar over de rechtspraak: als er iemand ter door was veroordeeld werd het vonnis op een andere plek voltrokken. Dit op de dag waarvan de sjamaan had gezegd dat die goed was. De veroordeelde werd eerst op een steen vast gebonden. Dan werd er met een mes wat kerven in zijn huid gemaakt. Als er bloed uit kwam dan was de man vrij van mogsiche kravhten en kon dus onthoofd worden. Zo niet, dan moest de sjamaan een ritueel uit vorene om die krachten af te nemen dan wel te verdrijven. Om te zien of dit gewerkt had werd er weer lustig op los gesneden en dit herhaalde zich zo vaak tot dat er bloed uit de wonden kwam. De persoon werd hierna letterlijk op een hakblok gelegd en zijn kop werd er afgeslagen. Die werd dan voor een dag bij het begin van het dorp geplaats als afschrikking. Maar het bizarre komt nog. Het lichaam werd ontdaan van zijn lever. Dit werd dan met veel ceremonie bereid en met rijstmeel en wat al niet meer uiteindelijk opgediend. De koning en zijn getrouwen aten dat dan op om de kwade geesten voorgoed te verdrijven.
Hierna moesten we de uitgang zien te bereiken. Want ook hier ligt die achter een lange rij met stalletjes met souveniers. Opdringerige verkopers van ons af gehouden is het uiteindelijk gelukt om met 10 minuten ons hierlangs te wurmen: tidah, terimah kassih.

Nog een ding te bezoeken maar nadat we gegeten hebben: de graftombe van koning Sidabutar. Dit was snel gezien, het is alleen een tombe met wat beelden er omheen. En nu terug naar het hotel, zwemmen. Ik sopte letterlijk in mijn schoenen. Het meer blijkt net zo warm te zijn als het zwembadje. Heerlijk verfrissend kan ik je verzekeren. Het eindigde alleen in een gigantische regenbui. Alles en iedereen was al vertrokken, terug naar de kamer, maar wij zijn gaan zitten onder een mooi afdak. Het zat heerlijk relaxed, maar de bui was hevig. En dan blijkt dat het dak van palmbladeren blijkt niet (meer) waterdicht. Het begon vreselijk te lekken. We zijn toen ook maar na onze kamer gegaan. We hadden nog steeds onze zwemkleding aan dus nat worden was niet zo erg, het was alleen wat fris zullen we maar zeggen. En dan doet een warme douche je toch wel weer goed, zeker als dit uit een regendouche komt :-)

Ik heb een beschrijving gevonden over de Batak's

Dag 48 + 49 | 6 + 7 mei 2015: Tobameer, Samosir - Siporok

6 mei, Samosir, fietsen

Gisteravond kwam goed nieuws, morgen hoeven we niet extra vroeg op! Said staat wel bijtijds op om op tijd bij de veerboot te zijn, maar wij kunnen met de boot mee vanaf het resort. Deze gaat om 7:45 waardoor we nog kunnen ontbijten zelfs.

Vandaag is het een "rustdag". Er staat niets op het programma waardoor we besluiten om met de fiets een deel van het eiland te verkennen. Na het late ontbijt hebben we dan ook bij de receptie 2 fietsen geregeld, EN 2 helmen! De weg is zo slecht dat het aangeraen werd zelfs. Aangezien wij aan de fietshelm gewend zijn is het ook niet vreemd met zo'n ding op je kop, maar wel warm! Het is maar een klein rondje wat we gaan doen, ca.20 km, maar wel weer wat anders dan in de auto zitten. Met alleen een toeristenkaart bij ons zijn we op weg gegaan. Oh nee, niet helemaal waar. Ik heb ook mijn GPS bij me, maar alleen staan hier de hoofdwegen van Indonesië op dus prima om te ien hoe we fietsen maar niet waar we fietsen :-)
Het eerste stuk gaat best goed, en we zien ook dat we langs de stenen stoelen en tafel komen van gisteren. Maar dan. Dan moet je de hoofdweg verlaten en een zijpad op. En hoever moet je dan doorfietsen om uiteindelijk linksaf te gaan om weer parallel met het meer te fietsen. Vragen aan een lokale man blijkt geen succes, hij verwijst ons weer terug naar de hoofdweg. Toch maar op goed geluk links af.
Overal worden we door vooral de kleine kinderen gegroet. "Alloh" en "Horas", de lokale groet, horen we continu uit bijna alle huizen roepen. Op de volgende driesprong kruispunt staan we weer in dubio. Ook hier biedt de hulp van een passerende jongen geen uitkomst. Het blijkt dat de weg die hij aanwijst ons toch weer terug bracht naar de hoofdweg. Dan maar een stuk langs de hoofdweg. Het is niet druk dus dat is op zich niet een probleem maar het is minder leuk. We besluiten om de zijweg naar een kerk als richtpunt te nemen en dat pakte goed uit. Dit was het weggetje zoals op het kaartje stond. We kwamen precies uit bij de hoofdweg waar we gisteren onze lunch hebben genomen. Nu alleen maar wat drinken, Juice Pineapple. Dit bleek weer zo goed te smaken dat we er nog een hebben genomen. Voor 70 eurocent hoef je niet te lang te denken ;-))
Het is wel lekker op de fiets ondanks dat het warm is. Je ziet meer, stopt makkelijker en ruikt en ervaart meer. En dat is eigenlijk wat we ook hoopten. Over 4 dagen staat een fietstoer gepland dus dat gaat weer goed komen. Voor nu, na ons drankje, zijn we weer terug gefietst. Het werd behoorlijk donker en we wilden geen bui op onze kop krijgen. Terug bij het resort, Toba Cottages, waren ze daar in een klein oventje koffie aan het branden! Het rook lekker en ik ben er even bij staan kijken. De tijd wordt zo ingesteld dat het nog even een minuut langer moet branden. Dat wordt gedaan zodat handmatig het juiste moment kan worden bepaald dat het de juiste branding heeft. dan gaat de klep open en wordt de gebrande koffie eruit gehaald en langzaam weer afgekoeld. Meteen gaan er weer 2 kommetjes bonen in het oventje en begint het proces weer opnieuw. Ik had dit nog niet eerder gezien, best wel leuk eigenlijk.
Verder is er niet zoveel te vertellen. We hebben nog in het meer gezwommen, het dreigde weer te gaan plensen maar de regen is over getrokken, en ik ben nu het verhaal weer aan het typen. Het is nog vroeg, 16:30.
Vanmiddag heb ik koffie Luwak genomen. Duur, 50.000Rp per kopje, maar speciaal. Het speciale zit erin dat de koffiebonen een bijzondere behandeling hebben gehad: als ze precies rijp genoeg zijn worden ze opgevreten door de Chivet kat. En de bonen passeren daarbij het darmkanaal en worden weer uitgepoept. De bonen worden daarna verzameld, lekker werkje, en doorlopen daarna het normale bereidingsproces. Maar de smaak is veranderd en dat proef je inderdaad. Maar om hiervoor nu altijd zoveel geld te willen neertellen?
We hebben lekker gegeten en daarna de totale rekening voldaan van de afgelopen dagen. Meer dan 1 miljoen. Als je dat zo opschrijft is dat veel maar 70 euro valt dan wel weer mee: 3x eten, 3x lunchen, 1x fietshuur, veel bier, 1x speciale koffie!

7 mei, vanuit Samosir naar Sipirok

Gisteren hebben we nog een koffer aan Said mee willen geven maar hij was al vertrokken. Dus niet alleen ons helpen maar ook zichzelf zodat ook hij niet zo vroeg op hoeft. En gelijk heeft die :-)
Ik heb onrustig geslapen vannacht, waarom weet ik niet maar het is nu eenmaal zo. Ik was dan ook vroeg wakker al voordat de wekker afliep om 6:15. We zijn nog even blijven liggen maar toen wel opgestaan. Het meeste zit al wel in de koffer maar het kost toch altijd meer tijd dan je denkt. Nadat we alles ingepakt hadden, onszelf gewassen en aangekleed zijn we gaan ontbijten. Ik heb de koffers meteen buiten gezet, misschien is er een ijverige medewerker die de koffers al naar het meer wil brengen? Na het ontbijt stonden de koffers nog braaf op hun plek en heb ze zelf maar naar het meer gereden. Niet dat het fooi scheelt, want ze moeten de boot nog op en hij had nog wat tegoed van me.
De boot was netjes op tijd, kwart voor acht, dus alles liep volgens planning. Nu maar hopen dat we het allemaal goed hadden begrepen en dat Said en Parapat op ons staat te wachten. Het is enigzins bewolkt maar met een waterig zonnetje is het aangenaam toeven op het achterdek. Het varen duurt ongeveer een half uur, dat is inclusief alle stops bij de andere hotels, want er wilden meer mensen mee :-) En zowaar, Said stond al te zwaaien, dat is weer een zorg minder.
Volgens Said is het nu nog ongeveer 8 uur rijden, inclusief de stops die we nog gaan maken. En de eerste was al snel: een ananas- en koffieplantage. Nu moet je daar niet teveel bij voorstellen, maar op een stuk land staan veel ananas planten en daar omheen staan de koffiestruiken. De ananas moest geproefd worden natuurlijk dus er werd er een geschild en met een groot mes in parten verdeeld, de spil netjes eruit. En ik moet zeggen, heerlijk sappig en vooral zoet. Bij ons in Nederland is dat meestal nogal aan de zure kant. En dat voor 35 eurocent.
Verder hebben we nog gestopt in Balige bij de Batakse markthallen. Deze zijn met dezelfde houtsnijwerken en daken uitgedost. Mooi om te zien. De markt zelf is zoals men dat hier op Indonesië gewend is te zien, een rommeltje. Maar kleurrijk door het vele fruit en groente wat er is uitgestald, geurrijk door de specerijen maar vooral door de vis die daar ligt. Verder nog de gebruikelijke kleding en handwerktuigen. Oh ja, ook nog vogeltjes, schitterende Agaporus. Vast niet om op te eten. Dat wel met de kippen en eenden die iets verder staan. Uit het hok, nek omdraaien en dan van de veren ontdoen etc. Ik zal de details besparen. Nog steeds vreemd om dat allemaal zo mee te maken en te zien gebeuren.
Natuurlijk meteen maar koffie gedronken. Said nam ons mee naar een lokaal tentje. Koffiepoeder uit het blik zo in het kopje, dan het kokende water met een plastic schep uit een grote ketel met een gasvlam eronder: klaar. Kopi Tubruk. Niet vergeten het laatste restje niet op te drinken :-) Verder is er niet veel geweest onderweg. Het begon te regenen zoals we de laatste dagen wel vaker hebben gehad in de middag. En de weg was ongelooflijk slecht. Hele stukken asfalt waren verdwenen, of er zaten enorme gaten in. Veel laveren, rustig rijden etc. Ik begrijp steeds beter waarom over ca. 200 km je 8 uur of meer doet.
Het begon te onweren toen we nog maar net in ons huisje zaten, de koffers nog niet eens open. En we zitten weer eens achterin. Het is buitenom een best eindje lopen dus ik hoop maar dat het tegen 19:00 droog is want dan hebben we het eten besteld. En onweer is niet het favoriete weertype van Ingrid kan ik je verzekeren!

We hebben buren! Uitgerekend in een bijna leeg hotel, waarbij de kamers in losse Batak-huisjes zijn ondergebracht, 2 onder 1 kap, hebben we buren. En dat nog tot daar aan toe maar het zijn dezelfde 2 die we een paar nachten boven ons hebben gehad in Samosir ;-)
Nick en Ilse heten ze en we hadden vanmiddag bij de lunch ook al bij elkaar gezeten. En nu bij het avondeten zijn we maar aan 1 tafel gaan zitten. Niet omdat het zo druk was :-) we waren met z'n vieren de enige. Ze doen hier op Sumatra ongeveer dezelfde trip als wij, alleen in een iets hoger tempo. Zij hebben maar 3 weken terwijl wij 3 maanden hebben. Wat een luxe toch.

Dag 50 | 8 mei 2015: Siporok - Bukittinggi

Het beloofd een inspannende dag te worden voor onze chauffeur Said. Het is volgens het boekje 9 uur rijden, maar hij zegt 8 uur. Hoe dan ook een lange dag.
Toch hoefden we niet al te vroeg op, we zouden om 8 uur wegrijden. Bij het ontbijt zag je dat we best wel hoog zitten. Een deken van wolken hing in het dal. Maar wij zaten daarboven in het zonnetje. Dat wil zeggen bij het laatste kopje koffie wat we buiten opdronken. Daarvoor tijdens het ontbijt zaten we binnen, nog steeds met z'n vieren. De kamers zijn best mooi, zoals ze zijn gemaakt in de Batak huisjes. Maar gisteren bij het diner en nu bij het ontbijt wordt wel duidelijk waarom het aangegeven is als 2*. Het is voldoende, maar minimaal.
We vertrokken op tijd en het was een mooie rit de eerste uren. We rijden door een bergketen (Bukit Barisan), de weg slingert maar de uitzichten zijn mooi. Om ongeveer 10:30 stopten we bij een tentje voor koffie. Er was daar ook een soort kruidentuin en we werden mee genomen om die te bezichtigen. Het stond vol met verschillende soorten planten, bomen en struiken. Zoals pinda's die uit de grond werden gehaald. Verse pinda's smaken toch anders dan de geroosterde die wij bij ons alleen maar kunnen krijgen. Ook een nootmuskaatboom stond er. De vrucht werd uit de boom geslagen, en met een mes open gesneden. Ik ben vergeten moe dat binnenste rode heet, maar ook dat wordt gebruikt bij het bereiden van eten. Het is een bijzondere vrucht om te zien. En natuurlijk nog veel meer soorten die ik nu na 3 dagen allemaal alweer ben vergeten. Wel kan ik me het aapje nog herinneren dat de palmboom werd ingestuurd om voor ons een kokosnoot naar beneden te gooien. Niet voor de kokos maar voor de kokosmelk. Het was grappig om te zien hoe dat beestje naar boven klauterde, halverwege bleef zitten, en zo naar beneden keek als "je bekijkt het maar" ;-)
Je kon van alles wat ze daar verbouwden de kruiden kopen. We hebben alleen kaneel meegenomen, we moeten oppassen dat de koffer niet te vol raakt. Nadat we de koffie hadden opgedronken werden we ook nog door een aantal meisjes geïnterviewd, zoals we dat al vaker hebben meegemaakt en nog wel zullen meemaken. En dan weer snel opweg. Het begon helaas ook wat te regenen en bij de lunch hield het net even op zodat we droog het restaurant in konden lopen. Restaurant is hier een groot woord, het is een enorme ruimte, open aan alle kanten zodat je prima van de natuur kunt genieten, en ergens achterin een klein keukentje wordt dan het eten bereid. En dat was weer heerlijk.

Hierna weer snel verder en helaas, het begon weer te regenen. Veel fotostops hebben we daarom niet gemaakt kan ik je zeggen. Alleen in Bojor zijn we gestopt. Hier passeren we namelijk de evenaar en dat moet natuurlijk op de foto. Er was ook een museum waar we zijn binnengegaan. Maar dat was vergane glorie. Het licht ded het niet en de uitstallingen waar minimaal. Wat wapens, een helm van "meneer" en wat geld, Nederlands tijdens de Japanse bezetting en dat was het wel zo beetje. Maar ze vroegen alleen een donatie, dus dat viel weer mee.
En dan weer door, in de regen. Laat zijn we aangekomen, 18:30. En meteen staat er een gids klaar die ons mee wil nemen op een wandeling de volgende dag. We waren moe en wilden eigenlijk direct door naar de kamer, maar we hebben toch even de tijd genomen voor hem. En na onderhandeling een prijs afgesproken waarop we ja zeiden. En dan snel naar de kamer en ons opfrissen van die lange rit. Said was ook moe, dat was hem wel aan te zien, maar hij heeft ons veilig door de bochtige wegen gereden ondanks het matige zicht door de regen en later toen het donker werd.
Nadat we onder de douche vandaan kwamen zijn we toch maar het dorp ingelopen. Het restaurant van het hotel was leeg en dat is geen goed teken. De gids had ons al ongeveer verteld hoe we in de straat konden komen met de vele eetgelegenheden. En bij toeval kwamen we bij het restaurant Turret van eigenaresse Nita. Dit was in ons boekwerkje aangeraden. En daar zaten weer 2 mensen die we in Samosir ook al hadden gezien. Ook zij hadden met de gids de wandeling gemaakt maar het bleek dat wij beter hadden onderhandeld :-) We hebben hier Rendang gegeten, een traditioneel gerecht van rundvlees, een aanrader.
Het wes een lange dag geweest en we zijn dan ook niet blijven plakken maar snel weer terug gegaan naar ons hotel, ons bed in.

Dag 51 + 52 | 9 + 10 mei 2015: Bukittinggi

9 mei, de wandeling door het Karbouwengat

Op de afgesproken tijd 9:00 uur stonden we in de lobby, klaar voor onze wandeling. Ingrid had gisteren van de 2 andere Nederlanders gehoord dat het weer balanceren wordt over de dijkjes van rijstvelden. Ze stond niet echt te popelen om dat weer te doen. Met onze sandalen aan en de broek opgerold zijn we op weg gegaan. Maar eerst met de auto een stukje. Als eerste langs het uitzichtspunt over het Karbouwengat. Het is een wijde kloof van tufsteen. De wanden gaan recht omhoog en de kloof is 13 km lang. Een mooi gezicht die wanden, maar de kloof is zo breed geworden vanwege erosie wat nog steeds plaats vindt. Door de regen vallen er nog regelmatig delen naar beneden. Dit hebben we later ook gehoord maar niet gezien, een gerommel in de verte. Om die reden lopen we ook niet vlak langs de wanden van de kloof maar op eerbiedwaardige afstand.
De wandeling begint onderin de kloof en voert ons, helaas voor Ingrid, eerst door wat rijstvelden. Maar het ging goed, de dijkjes waar wij liepen waren stevig en niet te glibberig. Daarna door de rivier, vandaar de sandalen, en dan weer verder door de rijstvelden. Dit wisselde nog een aantal keer, maar we zijn niet uitgegleden gelukkig. En onze gids hield Ingrid haar hand vast om haar over de moeilijkere stukken te leiden. De sandalen werden glibberig van de modder waardoor we ook in de sandalen van links naar rechts gleden. Maar al met al goed te doen. Het was een mooie tocht.
Maar we waren beneden begonnen en moesten aan het eind toch nog een stuk omhoog klimmen. Dit door een bamboebos. Maar wat een rust. Alleen de wind, vogels en andere geluiden maar gen motoren. Een onaangename verrassing stond aan het eind van de klautering te wachten: rijstvelden. Maar ook dit ging goed zodat we min of meer droog bij de weg kwamen. Bij een moskee hebben we onze voeten en sandalen kunnen reinigen zodat we schoon de auto in konden die daar stond te wachten. Nee nog niet terug naar het hotel, we waren namelijk in het Kota Kadang, het dorp wat bekend staat om het zilverwerk. Op zich hadden we daar niet zoveel trek in, we hadden dat al eerder gezien, maar we zijn toch maar mee gegaan in deze. Bij een zilversmid hebben we toch wat gekocht en Ingrid heeft het aangedurfd om haar armband hier achter te laten. Het slotje was uitgesleten en voor 50.000 Rp kon hij het wel maken. 's Avonds om zeven uur zou hij het bij het hotel brengen.


Maar we waren beneden begonnen en moesten aan het eind toch nog een stuk omhoog klimmen. Dit door een bamboebos. Maar wat een rust. Alleen de wind, vogels en andere geluiden maar gen motoren. Een onaangename verrassing stond aan het eind van de klautering te wachten: rijstvelden. Maar ook dit ging goed zodat we min of meer droog bij de weg kwamen. Bij een moskee hebben we onze voeten en sandalen kunnen reinigen zodat we schoon de auto in konden die daar stond te wachten. Nee nog niet terug naar het hotel, we waren namelijk in het Kota Kadang, het dorp wat bekend staat om het zilverwerk. Op zich hadden we daar niet zoveel trek in, we hadden dat al eerder gezien, maar we zijn toch maar mee gegaan in deze. Bij een zilversmid hebben we toch wat gekocht en Ingrid heeft het aangedurfd om haar armband hier achter te laten. Het slotje was uitgesleten en voor 50.000 Rp kon hij het wel maken. 's Avonds om zeven uur zou hij het bij het hotel brengen.
En inderdaad, om zeven uur stond hij daar, maar Indrid werd er niet blij mee. Het slotje sloot wel weer, maar het veertje functioneert nauwelijks en ook de reparatie blinkt niet uit door vakmanschap. Na wat te hebben lopen mopperen hebben we 20.000 Rp terug gekregen. Blijkbaar vond hij het ook niet een succes. Dan toch maar in Nederland een volledig nieuw slotje laten zetten.
Veel meer hebben we die dag niet gedaan. Oh ja, toch nog wel iets. We zijn over de markt gelopen, veel kleding ditmaal en bij de Big Ben, de Jam Gadang, geweest. Maar dat was het dan wel.
We hebben samen met Ilse en Nick gegeten bij Neta en zijn daarna nog een stukje gaan wandelen. Bij de Jam Gadang was het een gezellige boel. Veel kleurrijke lichtjes in de bomen, verkopers die wat speelgoed verkochten met lichtjes, en veel jeugd. Het was leuk om te zien. Een toch wel mooie afsluiting van een vermoeiende dag.

10 mei, de fietstocht

Gisteren stond Rudy ons al op te wachten. Hij is onze gids voor de fietsexcursie die we hadden geboekt. Bijtijds moesten we vertrekken zodat we zeker waren dat we geen regen zouden krijgen dus om 7:45, een kwartier later dan we hadden afgesproken stonden we klaar. Een kwartiertje met de auto wat ons buiten de drukte bracht en daar stonden de fietsen klaar. En daar gaan we dan. De fietsen op de juiste hoogte afgesteld en dat is echt wat hoger dan hoe ze stonden, en dan rustig rijdend door het omliggende landschap. Rudy deed het rustig aan, zo rustig dat we af en toe bijna stil stonden, maar zo konden we op ons gemak om ons heen kijken. Door dorpjes, langs oude Minangkabau huizen met hun karakteristieke daken, langs oude moskeeen die een mix van stijlen hebben. Het was een interessante fietstocht. Al met al waren we 4 uur onderweg. Nog wel koffie gedronken in een lokaal cafe. Dit was een hutje, met een lange tafel in het midden. We werden bediend door een meisje van 11, want vader werkte op het veld en moeder was naar de markt. Dit ook omdat het zondag was, want anders was ze naar school. Het was bijzonder om daar zo te zitten. Ook het toilet vond Ingrid bijzonder: twee plankjes boven de beek en een schuine plank als een soort van deur :-)
Terug bij de auto dachten we naar de kookcursus te gaan, maar die bleek morgen te zijn. Nee, Said wilde ons naar Pagaruyung waar het paleis staat van de voormalige koning. En hij vroeg of Rudy met ons mee wilde gaan! Top geregeld want aangezien Said geen Engels spreekt is dat wel een uitkomst. Rudy had blijkbaar niest op het programma voor die middag dus dat kwam mooi uit. Het was een uurtje rijden, maar zoals zo vaak niet een rechtstreekse eindpunt. Nee we moesten eerst bij een koffieplantage langs. Aangezien het zondag was is de fabriek waar ze de koffie verwerken buiten bedrijf, maar binnen konden we koffie proeven en van de prachtige tuin en uitzicht genieten. Bijzonder was dat ze van de bladeren van de koffiestruik ook thee zetten. Met veel suiker is dit nog lekker ook. En dan nog wat kaneel thee. Top!
En dat allemaal gratis! Nu ja, er wordt wel min of meer verwacht dat je wat koopt in het winkeltje, zoals koffie, thee os wat dan ook. Wij hebben 2 kleine zakjes koffie gekocht om thuis nog eens te kunnen genieten en denken aan deze reis. Hierna naar een restaurant, dus nog steeds geen paleis :-) Ook dit restaurant lag weer geweldig, en had wat uilen, roofvogels als een adelaar en 2 apen als "huisdier". Bijzonder om te zien, aan te kunnen raken etc. Het eten werd in vele kleine bakjes direct neergezet, zonder dat je wat hoefde te bestellen. We hadden van anderen al gehoord hoe dta ging dus alleen war je wat van nam hoefde je te betalen. Maar alles was koud, op de sate en rijst na. We hebben de kip, rendang op laten warmen, want koud is ook maar koud, en warm is toch lekkerder.
En dan eindelijk naar het paleis. Het is een schitterend gebouw. Het is 2x keer afgebrand en weer opnieuw opgebouwd. Maar wat een mooi ding, een groot ruimte beneden, boven de trap op naar een soort ontvangstruimte om met de gasten te kunnen praten, en nog een trap op waar de koning zijn eigen kamer had. Niet om te slapen maar om rustig te kunnen zitten en te kunnen 'regeren'. In de grote ruimte beneden waren langs de kant vele 'kamers gemaakt' met kleurige gordijnen en een soort kamerschermen die dan de kamers onderling scheidde en bij gelegenheid als een grotere ruimte konden worden weggehaald. Echt een mooi en kleurrijk geheel, een paleis waardig. Heel wat anders dan het Batak-paleis wat we gezien hadden. Maar dit was ook een ceremonieel paleis. De koning woonde in een huis waar we iets eerder langs waren gereden.
Hierna gingen we weer terug naar het hotel, maar weer niet rechtstreeks. En dat tot frustratie van Ingrid. Zij had het warm gekregen en werd moe. Ze wilde zwemmen! Dat had ook wel gekund in het kratermeer Singkarak maar we hadden hiervoor niets bij ons. Ingrid werd zelfs wat chagrijnig. We hebben nog wel wat gedronken, maar zijn toch weer snel verder gegaan. Rudy had de stemming van Ingrid wel in de gaten, want hij zei al dat we waarschijnlijk niet langs het houtsnijwerk wilden gaan? En nee, laat dat maar. Maar snel waren we niet terug. Het werd uiteindelijk bijna zes uur dat we in het hotel waren. Zondag, veel verkeer en wat auto's met pech hielden de boel behoorlijk op. Dit tot verdriet van Ingrid. We hebben Rudy hartelijk bedankt voor zijn goede zorgen en zijn naar de kamer gegaan. Ingrid heeft haar badpak aangetrokken en wilde naar het zwembad. Maar ze was snel terug: gesloten vanwege een barbecue! Hevig teleurgesteld is ze maar onder de douche gestapt.
Gelukkig bracht dit weer wat van haar goede humeur terug nu ze weer wat opgefrist was. Hierna zijn we gaan eten, weer bij Neta, en daarna nog een bierje gedronken in een cafe op weg naar het hotel. Hier werd ook nog wat live-muziek gemaakt. Blues achtig wat mij wel aansprak, maar we zijn toch bijtijds weer vertrokken. Het was mooi geweest zo.

Dag 53 | 11 mei 2015: Bukittinggi

Het wordt een rustige dag vandaag, alleen kookles staat op het programma. Dus lekker lang geslapen en laat ontbeten. En dan? Tja, ik liep 3 dagen achter met mijn verslagen, Ingrid 2 dagen. We hebben de ochtend maar gebruikt om dit een beetje in te lopen. We zouden eerst bij het zwembad gaan zitten, maar met de zon op het scherm van je laptop zie je niet zoveel:-) Helaas dus maar weer naar binnen. Daar hebben we een lekkere stoel gevonden in de lounge. Het was wel half twaalf voordat ik het scherm dichtklapte. Klaar met het verhaal, de foto's moesten nog maar ik had het wel een beetje gehad. Ingrid gelukkig ook dus we besloten om toch de stad in te gaan en naar Fort De Kock te gaan. We hebben dit al eerder proberen te vinden maar we weten nu ongeveer waar we moeten zijn.
Maar Ingrid wilde eerst nog naar de outlet shop. Ze zit al heel lang te klagen dat ze maar 2 broeken van mij mee mocht nemen en zeker geen zwarte. Maar ze wil nu toch een zwarte. En zowaar, bij de outlet hadden ze een broek die paste! Bijna alle broeken zijn maten te klein want zo slank als ze hier zijn :-) Het is dan wel een heren model wordt er gezegd maar dat zie je toch niet. Het is een sportbroek van Adidas staat erop, lekker stretch en dun, dus niet zwaar. Past nog wel in de koffer. Een probleempje, de broek is veel te lang. Maar geen nood, geen 20 meter verder is een kleermaker en daar was het zo gepiept. Aanpassen onder de jurk, aftekenen en hup de schaar erin. Om 2 uur is die klaar legde de man uit met behulp van handen en voeten want Engels beheerst hij niet. We hebben ook maar niet geprobeerd er achter te komen wat hij er voor zou vragen?
Fort De Kock is toch moeilijker te vinden dan ik dacht. We zijn er wel 2 maal langs gelopen maar omdat Nick en Ilse vertelde dat er tegelijk een dierentuin bij zit hebben we het uiteindelijk toch gevonden. Bij de dierentuin zijn we erin gegaan. Dat is aan de ene kant van de hoofdweg die veel dieper ligt. Het fort blijkt aan de andere zijde te zijn en met een brug over de weg te bereiken. Maar wat een armoe die dierentuin! De opzet is zoals we die vroeger veel zagen en ik mij ook nog wel van Artis herinner. Aparte hokken en verblijven voor de verschillende dieren en niets geen grote ruimtes en savannes zoals we dat tegenwoordig gewend zijn in Europa. En ook niet alle hokken en ruimtes zijn nog 'gevuld'. Orang Utan hebben we gezien maar als je dat in de vrije natuur al bent tegen gekomen is dat toch wel een schril contrast. Verder krokodillen, antilopen, vele vogels, en ook nog 2 olifanten. Deze zaten met een zware ketting vast aan hun voorpoot en een van de twee zelfs met 2 kettingen. Waarom de kettingen werd duidelijk als je iets verder liep: een deel van de betonnen omheining stond los tegen een muurtje aan en je kon zo het verblijf inlopen als je dat durfde.
Aan de ander kant dan het fort, hoewel de dierentuin daar werd voortgezet. Vooral met veel vogels maar dan toch. En het fort? Wel, er staan een hoge betonnen constructie in het midden van de heuvel maar in 1835 zou dat er echt nog niet gestaan hebben. Er omheen staan wel wat kanonnen zodat het 'fort' nog wat aanzien krijgt :-) Wel kan je er wat bij voorstellen omdat het op een kleine ronde heuvel gebouwd is. Maar wij hadden het gauw gezien. En trouwens, we moesten Ingrid haar broek nog ophalen en wilden ook nog even onder de douche voordat we opgehaald zouden worden voor de kookles. En wat blijkt, de entree van het fort ligt nagenoeg bij ons hotel :-)
Ingrid haar broek was klaar en koste maar 20.000 Rp, 1 euro 40. Zij helemaal blij, eindelijk een donkere broek, en dat na 50 dagen :-) Wij weer terug naar het hotel, onder de douche en omgekleed. Ingrid natuurlijk haar nieuwe broek aan: wij waren klaar voor de kookles.
Het blijkt bij hetzelfde huis te zijn als waar we de fietsen gisteren hebben opgehaald. En de dame blijkt Said zijn zus te zijn. Ook zijn broer is nog even langs geweest. Die kon wel wat Nederlands en heeft bovenstaande kunnen vertellen anders had ik het nooit geweten. Voor het koken waren al ingredienten al aanwezig, dus we hoefden geen inkopen meer te doen. En iteindelijk heeft de dame zelf gekookt en wij mochten meekijken. Ja, we mochten wel groente snijden en zo, maar aan de pannen zijn wij niet geweest. Dat geeft helemaal niet, het was voor ons de eerste keer en het is toch wel heel specifiek. We hebben uiteindelijk Rendang, Gado Gado, Perkedel en Stoof kip gemaakt. Vooral Rendang is bewerkelijk. Het rundvlees wordt zeg maar gekookt in de saus voor 2 uur. Dat wil zeggen dat het vocht moet verdampen zodat uiteindelijk een dikkere saus over blijft. En dat duurt nu eenmaal lang, maar het resultaat is geweldig! Wat lekker is dat. Maar ook de andere gerechten waren heerlijk. En dat na 3 uur in de keuken bezig te zijn geweest. Het meest opmerkelijk in de bereiding was de knoflook en peper voor de Perkedel. Dat werd op traditionele wijze gedaan:
Op een platte steen, licht uitgehold werd met een andere, bolle, steen de boel geplet. Het principe van een vijzel maar duidelijk anders van vorm. Maar uiterst effectief. Daarna mocht ik de aardappels voor de Perkedel pletten op dezelfde wijze. Dat valt uiteindelijk niet mee maar is me toch gelukt. De 2de ronde met aardappel ging al beter en de derde koste niet veel moeite meer. we hebben uiteindelijk met Said samen gegeten, de dame (ik weet haar naam helaas niet eens, morgen toch even aan Said vrage) at niet mee. En helemaal op Indonesische wijze. Op een lage tafel stonden de gerechten klaar, maar geen stoelen dus. Op de grond op een zacht kleed schoven we aan, een beetje onwennig en lastig voor ons om een goede houding te vinden. Maar het is gelukt en zoals gezegd, het smaakte voortreffelijk: sangat enak.
We hoefden niet af te wassen ondanks dat we zeker niet alles op hadden. Ze zei voor 4 personen maar het lijkt meer voor 4 dagen. Koud is het ook lekker en het is goed te bewaren, dus het was ook geen probleem. We waren om 19:00 alweer in het hotel. Nog even dit deel van het verhaal typen, de foto's klaar zetten en morgenochtend in de lobby nog snel op de site zetten. Om negen uur hoeven we pas weg, dus dat moet lukken.

Dag 54 + 55 | 12 + 13 mei 2015: Bukittinggi - Harau Vallei

12 mei, Weg uit Bukittinggi

Vanochtend in de lobby, de eetzaal en op de kamer geprobeerd de site bij te werken, maar wat ik ook deed, de verbinding met de WIFI viel iedere keer weg. Ik heb het maar opgegeven. In de Harau Vallei zal geen WIFI zijn dus dan maar hopen op het Cubadak eiland :-)
Het was een korte rit, nog geen 2 1/2 uur. Het boekwerk had het over een slechte weg maar schitterende natuur. Nou, niet dus! De weg was goed, helemaal geen slecht wegdek, maar over 1 ding hadden ze wel gelijk: de natuur is geweldig. Hoge rotswanden links en rechts en daar gaan we tussendoor. Soms staan ze dichtbij soms verderaf, maar altijd dominant zichtbaar. Opeens stoppen, linksaf een gribus weggetje in: waar komen we nu weer terecht? De auto stopte voor een huis, het hek werd open gedaan en de auto werd er neer gezet. Slapen we hier? Nee! De koffers werden achterop een brommertje gezet en wij moesten lopen, slechts 5 minuten lopen. We moesten een houten brug over, de reden dat de auto niet mee kon. Niet vanwege het gewicht maar de hoogte :-) En dan zijn we er al, vlak bij de waterval. En wat is het leuk! Een huisje op het water hebben we gekozen, met vrij uitzicht over de rijstvelden direct voor je met de steile rotswanden op de achtergrond. Het gevoel dat je daar krijgt is niet te beschrijven, zo mooi.
In de middag hebben we een kleine wandeling gemaakt met de gids Iwan. Natuurlijk naar een waterval, nee niet die achter ons huisje, en terug hebben we Ingrid kunnen overtuigen dat de tocht door het rijstveld veel korter is dan over de weg en niet moeilijk. Veel korter klopte wel, maar voor Ingrid toch wel weer lang genoeg :-) Brede dijkjes met gras, dus totaal niet glibberig, maar het is duidelijk niet haar ding.
En dan de kers op de taart: een koeienrace. Ik dacht dat ze Karbouwen bedoelden maar nee, echte koeien. Twee maal per jaar, na de oogst ven de rijst, houden ze dit over een aantal dagen. We hadden geluk want dit was de laatste dag. En lachen dat het is. Dat wil zeggen voor de toeschouwers want voor de deelnemers is het pure ernst. In een rijstveld, enigszins onder water dus flink blubberig worden de koeien vanaf het eindpunt het veld ingebracht, een houten geraamte achter zich aan trekkend. Bij de start hangt een touw met een aantal nummers, maar niemand die zich daar druk over maakt waar ze staan. En dat is maar goed ook want de meeste koeien, en we hebben 4 races gezien, hebben niet zo zin en zijn nogal lastig in toom te houden. Het zijn ook magere beestjes om te zien maar dat heeft een reden. Zijn ze vet gemest, worden ze te zwaar voor het rijstveld :-) Achter de koeien komt een persoon te staan die het houten geraamte moet vasthouden.
De start is een beetje onduidelijk maar het leek mij dat zodra de laatste deelnemer dat geraamt vast had de race dan meteen begon want de keoien spurten meteen weg, de mannen erachter proberen dan de koe bij te houden en wie het eerst langs de 2 stokken aan het eind gaat heeft gewonnen. Niet te zien wie er wint voor ons, maar het leuke is dat niet iedereen zijn koe kan bijhouden en dan geheid plat op zijn neus in de modder terecht komt. Hilariteit alom. Aan het eind staan de koein natuurlijk niet meteen netjes stil dus voor de toeschouwers aan die kant is het oppassen geblazen, zeker als een koe meteen de kant opschiet :-) Maar we hebben geen ambulances voorbij horen komen dus het is allemaal goed gegaan. Het was echt lachen.
Het eten was heerlijk bij Abbeys Guesthouse, zoals ons verblijf officieel heet. En na nog wat nagepraat te hebben zijn we naar ons hutje gegaan, even onder de douche. Nou douche, niet dus maar slechts een mandibak. Er loopt constant een kraantje water in een grote bak zodat het altijd heerlijk fris is en vanuit die bak giet je met een soort pollepel water over je heen: de douche. Heerlijk verfrissend kan ik je verzekeren en omdat het verder nog steeds warm is lukt het ook mij om een koude plens over mijn rug te gooien. Voor mij een hele opgave kan ik je verzekeren maar de 2de is al minder erg en de derde is zelfs aangenaam. Heerlijk fris zijn we ons bed ingegaan.

13 mei, wandelen in de Harau vallei.

Vanochtend moesten we bijtijds op want we zouden om 9 uur al vertrekken. Maar het ontbijt werd op ons terrasje gebracht, opnieuw roomservice. Pannenkoek met banaan en kaneelsuiker. Slecht 1 maar het was voldoende. Nog koffie erbij om echt wakker te worden en daar gingen we. Een iets andere route dan dat Iwan anders neemt, want hij wilde Ingrid niet 2 uur door de rijstvelden laten lopen. Volgens hem vinden de meeste gasten dit geweldig, zelfs als ze uitglijden en onder de modder komen te zitten, maar Ingrid weigert pertinent. Dus de gemakkelijke weg, over het asfalt en later een brede zandweg. We zijn een doodlopend ravijn in gelopen waar je aan het eind een prachtige waterval had. En inderdaad, deze had wel iets. Vooral verkoeling vonden wij en dat was ook wel nodig want de zon scheen fel vandaag. We hebben hier een tijd gezeten en wat koekjes gegeten, foto's van ons huis laten zien met en zonder sneeuw en ook wat van Oostenrijk. Vooral dat laatste vond hij geweldig. Hij verbaasde zich dat we dat lopen zonder gids, want dat is hier als je de bergen of jungle ingaat dus niet toegestaan. Maar het feit dat alles goed is aangegeven in de kleuren rood-wit zoals de Indonesische vlag kon hij het wel enigszins begrijpen.
Hierna weer verder gelopen, nu aan de andere kant van het ravijn en uiteindelijk in een dorpje in een warung onze lunch genomen. Het was een tentje waar we normaal echt niet iets zouden eten of het moet fabrieksverpakking hebben, maar het was heerlijk en goed. En dan het laatste stuk weer terug naar onze verblijf, maar nu min of meer door de bush. Ingrid bekeek dat met enig wantrouwen want daarvoor hadden we gezegd dat we niet door de rijstvelden maar de sawa's zouden gaan. Maar onze vrolijkheid verraadde ons en zodra ze wist dat dat hetzelfde was, werd ze dus wat wantrouwend toen we de weg verlieten. Maar het ergste was dat ze over een betonnen rand moest lopen met aan 1 kant water en de andere kant modder. Het was prima te doen maar met wat onzekere passen werd deze hindernis genomen. Als toetje kregen we een kokosnoot. Iwan had verteld dat hij de boom in zou klimmen maar verder dan 1 meter van de grond ging hij niet. Ditmaal kwam er niet een aap maar iemand met een lange bamboestok met een haak aan het eind. Met enige moeiten werden er hiermee 4 kokosnoten naar beneden getrokken. Drie voor ons en 1 voor een ander, wie? geen idee. De boven en onderkant van de noten werden er met een groot mes afgeslagen zodat de noot op een kant kan staan en de andere kant, eenmaal terug bij ons verblijf, met een mes opengemaakt en met een rietje de kokosmelk opdrinken: heerlijk (enak).
's Avonds hebben we weer heerlijk gegeten, weer rendang maar nu met kip. Ook dat was enak :-) De dame die kookte heeft nog een kleine kookles aan Ingrid gegeven. Omdat we de volgende dag al vertrokken en we nog geen bakwan hadden gehad wilde ze dat nog maken, als we dat wilden tenminste. Met 10 minuten zou het klaar zijn, makkelijk gerecht dus. En inderdaad, wat rijstebloem, water, ei, knoflook, groente en tempe. Dit alles mengen en in de hete olie bakken: klaar binnen 10 minuten. En met wat chili is het heerlijk. Niet zoveel als wat men hier gewend is, maar toch, ik begin er aan te gewennen.
Na nog wat gepraat te hebben zijn we gaan slapen. Morgen moeten we al om 7 uur weg. De boot wacht dan op ons.

Dag 56 | 14 mei 2015: Harau Vallei - Padang (Cubadak eiland)

Gisteravond hadden we de koffers al ingepakt en gesloten zodat we vanochtend alleen onze kop in de mandibak hoefden te steken ;-) Om prompt half zeven werd ons ontbijt gebracht, opnieuw op ons verzoek pannenkoek met banaan. En opnieuw de koffers achterop de brommer. Nadat wij ons ontbijt op hadden hebben we afscheid genomen, en ditmaal met een beetje pijn in ons hart, wat een heerlijke plek!
De rit zou tussen 3 en 4 uur duren hadden we gisteren vernomen, maar Said hield het op 2 uur, althans dat zei hij. Maar zoals je weet, de tijd is hier rekbaar en na 3 1/2 uur stopte hij bij een hotel in Padang. We zouden daar opgehaald worden door een ander die ons na de boot zou brengen. Dit hoorden we daar pas maar alles is goed. We zijn op vakantie en hebben de tijd aan onszelf.
Het duurde best wel lang voordat de andere wagen aan kwam rijden, maar achteraf hoorden we dat Said bij het verkeerde adres stond :-) We hebben afscheid van hem genomen want dit was het laatste stuk dat we hem als chauffeur hadden, en dat na 13 dagen. We dachten snel bij de boot te zijn, maar nee, het werd nog een rit van 2 uur. En zoals we al vaker hebben gehad als we ergens aankomen, het begon te regenen, eerst zachtjes en dan hard. Het werd zelfs koud in de auto dus de airco werd wat minder gezet. Maar eenmaal bij de haven was het weer droog gelukkig al was het niet de laatste regen deze dag.
Ingrid werd nogmaals op de proef gesteld. De boot lag wat verder weg en om daar te komen moest je over een betonnen rand met water aan beide zijde. Voorzichtig schuivelend is ze er gekomen en dan werden er vele handen uitgestoken om haar in de boot te helpen. Wel oppassen voor je hoofd, het is een erg lage boot en zittend lukt wel maar staan dus echt niet, ook niet voor de kleine Indonesische mensen. Maar eenmaal gezeten gingen we snel op weg, en na 20 minuten kwamen de hutjes van ons verblijf duidelijk in beeld. Vlak langs een zandstrandje staan ze naast elkaar met een grote tussenruimte, dus veel privacy. We werden verwelkomt en kregen een welkomstdrankje in het restaurant. Het was bijna etenstijd wat hier met een bel wordt aangekondigd. We konden meteen aanschuiven. De gordijnen, rolgordijn van bamboe gingen wel dicht, niet vanwege de zon maar vanwege een regenbui!
Wat een ruime keus aan eten werd er geserveerd. Eenmaal een schaal leeg werd deze meteen vervangen door een volle. Dat ging dus nooit op en ik zie dat zelf als een verspilling. Want aan het eind van de lunch wordt alles bovenop elkaar naar de keuken terug gebracht, zo te zien niet om aan anderen gegeven te worden zoals het personeel bijvoorbeeld. Maar goed, niet over nadenken, gewoon genieten.

Na de lunch werden we naar ons huisje geleid en wat is dat leuk. Een veranda, binnen slapen we op een vide onder de klamboe, de douche heeft een vloer van een open houten raamwerk zodat het water meteen op het zand onder het huisje valt. Een goed gevulde koelkast complementeert het geheel en ditmaal is het niet duurder dan in het restaurant. Ook wel eens anders meegemaakt kan ik je verzekeren. en de middag hebben we heerlijk doorgebracht in het werkelijk warme water van de Indische oceaan, de temperatuur is zo'n 32 graden! Toch koelt het wel af gelukkig want boven het water is het nog veel warmer want de zon toonde zich ook weer.
De bel ging weer, half acht, etenstijd. Ook nu is het weer ruim gedekt en ik moet zeggen, het is heerlijk. Degene die hier de boel runnen zijn van Franse origine en dat is goed te merken met het eten. Niet daar er geen rijst bij geserveerd wordt, maar zeker geen nasi goreng. Maar goed dat we hier 3 dagen zijn, je komt hier anders als een tonnetje rond vandaan. Iedere keer weer nazien of je de vingers er niet bij opgegegeten had :-)
Na het eten dacht ik nog lekker na te tafelen maar iedereen was als bij toverslag weg, terug naar hun hut. Wel hadden we al afgesproken dat we de volgende dag zouden duiken. Dat hield in dat we wel bijtijds bij het ontbijt moesten zijn. De eerste duik is namelijk om 8:30. Een maal in bed blijkt dat de vin een lawaai van jewelste maakt en naar mijn gevoel gevaarlijk aan het zwaaien was. Dan maar uit en hopen dat het voldoende doortocht. Er zit geen glas in de vensters, slechts een horregaas dus dat moet genoeg zijn. En voor mij was dat het ook alleen Ingrid was toch behoorlijk aan het zweten. Pas tegen de ochtend kreeg ze het koud en trok het laken over zich heen.

Dag 57 | 15 mei 2015: Padang (Cubadak eiland)

Dag 57 alweer, bijna aan het eind van ons verblijf op Sumatra. We moeten dan even naar Kuala Lumpur vanwege ons visum wat afloopt. Maar dat is zondag pas dus we hebben nog 2 volle dagen. Tegelijk realiseer ik me dat we al ruim over de helft van onze vakantie zijn. Maar niet aan denken en blijven genieten, want dat doen we!
Na het ontbijt, duidelijk niet zo uitbundig als de lunch en diner, maar meer 'op maat', zijn we naar de duikshop gegaan. We moesten nog een trimvest en duikpak aanmeten. Dat ging gemakkelijk, het duikpak werd voor je gehouden en daarmee bepaald of het wel/niet zou passen. Ingrid had haar bedenkingen maar het bleek toch te passen. Het gewicht voor het lood werd gevraagd en werd als teveel en te zwaar gevonden: 7 kilo voor Ingrid en 6 voor mij. Toch blijkt dat wel ongeveer goed te zijn. Wij voelen ons er in ieder geval comfortabel bij. Maar volgens de instructeur ademen we te weinig uit of anders gezegd we ademen te diep in waardoor we meer lood nodig hebben. Hij zou wel gelijk hebben maar dat moeten we dan maar een andere keer eens oefenen. Nadat ook 2 anderen hun maat was genomen zijn we naar de boot gegaan. Alles wordt voor je gedaan dus zelf hoef je niets te sjouwen. We duiken met z'n zessen, inclusief de gids, dus een kleine groep gelukkig en iedereen was ervaren.
Aan boord vlak bij waar we het water in moesten hebben we de boel aangetrokken en zijn in 2 groepjes over boord gegaan met een 'back roll'. Ook hier was het water warm al was er wel meer golfslag dan voor de deur bij het huisrif. Eenmaal onder water werden we opgewacht door een grote schildpad. Niet zo'n schuw beest dat zich meteen uit de voeten maakt zodat je hem mooi op de film kon zetten. Voor de rest is er niet veel te vertellen. Onder water is het schitterend, hier niet zo helder als op Sulawesi, maar toch nog altijd een zicht van 15 meter. Veel kleine vis, mooi koraal en een paar geweldige kreeften gezien. Mooi gefilmd dacht ik, maar toen ik keek of ik de actie camera wel uit had gezet om te filmen bleek hij totaal uit te staan! Geen kreeft op de film dus want even terug ging niet, de rest van de groep ging verder dus ik moet ook, helaas dus :-)
Aan het eind van de duik, 50 minuten later, weer het water uit. Ondanks dat Ingrid haar lood al had afgedaan en afgegeven was het voor haar toch moeilijk om aan boord te komen. Zoals ze zelf zegt: "ik wordt ouder". De volgende keer moet ze haar trimvest met fles ook maar afdoen zodat ze makkelijker aan boord kan gaan.

Ik wilde nog een nachtduik maken maar Ingrid wil dat pertinent niet. Het lijkt haar doodeng. Maar eens op Bali zien of we er een vanaf de kant kunnen doen zodat je op 5-10 meter diepte kan blijven. Dat is minder eng dan van een boot af zo het water in. Maar goed, vanwege de nachtduik zijn we niet meer overdag gaan duiken. We hebben heerlijk geluncht, gesnorkeld, gezwommen. van de stijger af gedoken, of te wel we hebben ons prima vermaakt. En om 18:30 meldde ik me weer bij de boot. Het is nog licht als we wegvaren hoewel het al duidelijk schemerig wordt. Maar alles is nog goed te zien. Ik kreeg een snelle herhaling van wat een nachtduik in hield want het was echt alweer een lange tijd terug dat ik dat had gedaan. En dan overboord. Het was al duidelijk donkerder geworden ondanks dat het maar 2 minuten varen is naar de rots waar we het water in zouden gaan. Enige spanning had ik toch wel, want hoe was het ook alweer in het donker. Je raakt zo makkelijk je orientatie kwijt! We aren maar met 2 in het water dus ik hoefde eigenlijk alleen de gids in de gaten te houden. Maar toch voelde ik me niet geheel relaxed. Maar alles ging goed. De schilpadden lagen nog niet in hun grotten te slapen maar dat zouden we op de terugweg zien. Ik had geen camera mee genomen, ik voelde me daar toch te onzeker voor, dus ik heb geen beelden hiervan. Veel andere typen vis gezien en veel kwallen. Zo in het licht van de lantaarn is goed te zien dat er klein visjes tussen de tentakels gevangen zitten. Maar de netelcellen zijn niet echt sterk zodat ze voor ons niet echt voelbaar zijn. Je kan dan ook met de kwal een beetje spelen. Helaas kwam er ook een kwal op mijn kale kop, had ik dus niet gezien, maar voelde dit dus wel. Eerst een raar zacht gevoel, maar dan voor 20 minuten voelde ik toch de netelcellen prikken op mijn kop. Gelukkig zijn ze voor vissen veel gevoeliger :-)
Na 50 minuten waren we boven water, inderdaad de schildpadden in hun grotten zien liggen slapen. Ook opa heb ik gezien, wat een groot beest is dat, zeker 18 jaar oud zou deze zijn. Maar ik had hoofdpijn gekregen van de spanning onder water. Hetzelfde wat ik ervaar als ik de eerste keer weer duik na een aantal jaren. Je weet hoe het is, je verleert het niet net als fietsen, maar toch is het op een bepaalde manier onwennig. We hadden het beide koud gekregen en verlangden naar een warme douche. Dus eenmaal aan boord snel weer terug. Na de douche heb ik een paracetamol genomen en ben voor 10 minuten op bed gaan liggen. Ingrid was ondertussen wel al gaan eten zodat ze ook daar weten dat ik het wel goed maak ondanks dat ik wat later kom.
Na 10 minuten voelde ik me weer goed, wat een beetje ontspanning (en paracetamol) al niet kan doen. Alleen het eten smaakte me toch niet zo lekker dit keer dus geheel opgeknapt was ik ook niet. Of we morgen nag gaan duiken weet ik niet, eerst maar eens zien hoe ik me morgen voel. Het kan wel, want zondag hoeven we pas om 14:00 te vliegen dus een morgen duik kan makkelijk.

Dag 58 + 59 | 16 + 17 mei 2015: Padang (Cubadak eiland) - Kuala Lumpur

Zaterdag vandaag, de 16de mei

We hebben heerlijk geslapen vannacht. We hadden een losse ventilator gekregen en dat werkt toch iets beter dan wat tocht door het horregaas. We hadden beide zo iets van: laat ons maar wat langer liggen vandaag. En dat deden we dus. Als we zouden gaan duiken deze ochtend wordt het de 2de duik, maar we wisten het beide nog niet wat we zouden gaan doen. Maar de koffie lokte en we zijn toch maar het bed uit gegaan. De zon scheen ondanks de onweersbui van vannacht dus het beloofd weer een mooie dag te worden. Bij het ontbijt werd ons gevraagd of we het ook hadden gevoeld om 3:30, de aardbeving. Nou nee dus, en eigenlijk vind ik dat jammer. Ik heb het nog niet eerder (in dit geval kan ik zeggen bewust) meegemaakt en wilde dat wel eens ervaren. Nee, niet zo eentje als in Nepal wat alles verwoest maar een kleintje zodat de aarde net een beetje beeft lijkt me toch wel bijzonder.
Eenmaal op is toch nog wat van mijn hoofdpijn te voelen dus we besloten om beide niet te gaan duiken. We hebben de automaten opgehaald en die hangen nu te drogen. Zelf zijn we nog gaan snorkelen. Nu nog met schoenen en vinnen, vanmiddag alleen met een duikbril. De schoenen moeten morgen weer in de koffer en dan is het toch wel plezierig als die enigszins droog zijn. Het zonnetje schijnt behoorlijk dus met een buf op mijn kop het water in. 1 Maal verbrand op mijn kop vind ik wel weer genoeg. Ditmaal zijn er veel kwallen aan de kant dus voorzichtig het water ingaan.
Ook snorkelend zie je veel dus ik heb mijn actie camera bij me. En dat is maar goed ook. Een enorme school vissen liet zich zien en daar tussendoor gaan geeft toch wel mooie plaatjes (dat denk ik tenminste want ik moet ze nog gaan bekijken). Ook een groepje maanvissen liet zich geduldig filmen terwijl zij zich tegoed deden aan een kwal. En dat vlak onder de oppervlakte met zon, dat moet mooi zijn. De kwal probeerde zich wel te verdedigen merkte ik iets later. Het begon rond mijn mond wat te prikken. Blijkbaar was hij netelcellen aan het afschieten om de vissen te verjagen. Maar na een uur of anderhalf hadden we wweer genoeg gezien en zijn weer terug gegaan naar ons hutje. Nog even genieten vandaag. De spullen afgespoeld en te drogen gehangen, het verhaal nu af typen onder het genot van een biertje. Ja het is nog ochtend, maar tja, vakantie.
Het weer was dreigend geworden met onweer in de verte en helaas, ook hier is het gaan regenen. Na de lunch wilden we nog gaan zwemmen maar dat is er niet van gekomen. Daarvoor in de plaats hebben we de koffers weer ingepakt. Opnieuw de spullen verdeeld tussen de 2 koffers. Ingrid heeft alleen iets zwaarders van mij overgenomen en ik heb nu haar ademautomaat. Deze gaan niet in de koffer maar neem ik in de rugtas mee en dan maar eens kijken wat de koffers wegen morgen. Alles voelt erg klam dus het gewicht van dat water gaat ook mee morgen op de band. Nu nog even douchen en dan rustig wachten tot acht uur, diner time. Ons laatste avond maal hier op het eiland, zowel Cubadak als Sulawesi :-)

Zondag de 17de, op naar Maleisië, Kuala Lumpur

Vandaag bijtijds op gestaan. Niet omdat we vroeg weg moeten, maar omdat we vroeg wakker zijn :-) Het zonnetje schijnt nu volop dus nog even profiteren van het mooie weer. Tegelijk nog wat spulletjes in de zon te drogen hangen, scheelt misschien in het gewicht. In het zonnetje is het toch wel warm aan het worden, het zweet loopt alweer van ons af. Dan toch nog maar even onder de douche. Na de nachtduik heb ik ontdekt dat de warme kraan aan de andere kant zit dus nu heb ik die wetenschap ook gebruikt. Een koude douche is misschien wel lekker als je warm bent, maar je lichaam reageert ook: de thermostaat wordt hoger gezet en je hebt het nog warmer dan daarvoor.
We hadden alles al ingepakt maar besloten om het vest van Ingrid bij mij in de koffer te doen. Maar wat had die tr.t gedaan, de koffer op slot gedaan. Normaal geen probleem, maar als het slot stuk is, en dat is het al een tijdje!!, blijf er dan vanaf. Met geen mogelijkheid meer open te krijgen. En daar krijg ik het dan weer zo warm van! G..verd.... zie ik uit de grond van mijn hart, blijf er dan vanaf! Weg was mijn gelukkig gevoel dat ik had bij het opstaan want hoe krijg ik dat kl... ding nu weer open. Ingrid was ondertussen naar het restaurant gelopen en het uitgelegd. Ze dachten het wel open te kunnen krijgen dus Ingrid heeft haar koffer zelf naar voren gereden, ik was nog te kwaad. En verdraaid, ze hebben het open gekregen zonder de boel te mollen. Maar ze mocht het slot niet meer gebruiken. En ik was het daar roerend mee eens. Helaas was wel het handvat weer los geschoten. Maar omdat de koffer nu weer open kon, met een sate-prikker als vulling heb ik het weer kunnen fiksen. Maar zien hoe lang het dit keer houdt.
Door al dit gedoe was ik wel toe aan een kopje koffie en had geen trek in ontbijt meer. Toch wel een pannenkoek met banaan gegeten, immers is dit ons laatste ontbijt hier en voordat we weer wat krijgen onderweg kan wel eens tegenvallen. En de tijd liep wel door en voordat we het in de gaten hadden was het kwart voor tien, de tijd dat we zouden vertrekken met de boot. Totaal zou het ongeveer 2 uur reistijd zijn dus wel op tijd vertrekken. En dat was even spannend want 1 van de 2 buitenboord motoren wilde niet starten. Maar met wat extra pompen in zo'n knijpbal en wat choken en ja hoor, het sloeg aan en daar gingen we. Helaas voor Ingrid legde we in de haven weer aan op dezelfde plek waar we 3 dagen geleden aan boord gingen. Dus ze moest weer over de betonnen rand :-)
De auto's stonden al te wachten want er waren meer die vandaag vertrokken. Ik had verwacht dat we tegen 12 uur wel in de buurt van het vliegveld zouden zijn maar we zegen niets en reden nog steeds door de stad Padang. Mijn dictionary er maar eens bij gepakt en gevraagd of we wel naar de bandara (vliegveld) gingen. Ja, dat gingen we maar ook deze chauffeur sprak geen woord over de grens. Op het vliegveld bleek dat wij niet de enige waren die zo hun twijfels hadden of we wel naar het vliegveld gingen :-)
Bij de incheckbalie bleek dat Ingrid haar koffer precies 20kg was maar de mijne nog steeds te zwaar, 22kg. Dat viel wel mee dacht ik zo maar het zijn hier Hollandse prijzen wat gerekend wordt bij overgewicht. Of ik even 310.000Rp (zeg maar 22 euro!!) wilde neertellen. Dat is blijkbaar de standaard op Internationale vluchten. Gek genoeg hoefden we de handbagage niet te laten wegen, dus op de vlucht straks naar Bali maar wat extra in de rugtas stouwen :-)
De vlucht is op tijd en prompt om 14:05, de geplande vertrektijd, kwam het vliegtuig los. Nee niet van de grond maar van de pier :-) Het zijn onze laatste minuten op Sumatra. Met een goed gevoel verlaten we nu Indonesië en gaan voor 4 nachten naar Maleisië, Kuala Lumpur. Een stad is wat anders dan de een hutje aan het strand, maar we hebben straks nog29 dagen Bali, dus niet getreurd.
Alles liep op tijd en we stonden dan ook mooi op tijd aan de grond. De vlucht duurde maar 1 uur en 20 minuten en die waren zo om. Nu eens zien of ook hier de chauffeur staat te wachten om ons naar het hotel te brengen. Maar eerst moesten we 3x langs de douane. Zelfs onze vingerscan uit het paspoort werd gechecked. Alles duurde wel lang maar bij de bagageclaim hoefden we niet meer te wachten, de koffers kwamen voorbij toen we er aan kwamen lopen.

De rest kunnen jullie straks lezen in deel 4 van onze reis wat voor een groot deel Bali zou zijn.


naar het begin van de pagina